Lord of the Flies en andere romanbewerkingen

15 september 2024 In de kijker

Op 12 september 2024 verscheen Lord of the Flies - Heer van de Vliegen in tegelijk vijfentwintig landen. Aimée de Jongh bewerkte dit boek van Nobelprijswinnaar Literatuur in 1983 William Golding (1911-1993) voor de Britse uitgever Faber, de originele uitgever van de roman. De Nederlandstalige oplage van de strip bedroeg 6.000 exemplaren en was dankzij de vele persaandacht na amper twee dagen al uitverkocht bij Scratch Books. Gelukkig hebben voorzienige stripspeciaalzaken en boekhandelaars voldoende voorraad ingeslagen om nog een tijdje voort te kunnen, maar toch staat een herdruk nu al op het programma voor half oktober. Op deze pagina stellen we het album aan je voor. Er komen ook andere titels van Aimée de Jongh aan bod en we eindigen met een overzichtje andere romanbewerkingen in stripvorm. Het is slechts een selectie, maar zeker niet de laatste keer dat we de boeken openslaan.

 

De oorspronkelijke roman verscheen in 1954. De vertaling kwam eveneens dat jaar uit als Heer der Vliegen. De ondertitel van Aimées 352 pagina's tellende grafische roman in het Nederlands luidt Heer van de Vliegen. Wat het Nederlandstalig publiek voor heeft op andere vertalingen — zelfs de Engelse — is een extra katern van 16 pagina's met een nawoord van cartoonist Jip van den Toorn die het absurd vindt "dat een verhaal dat in 1954 is geschreven zeventig jaar later zo akelig actueel voelt". Op diezelfde bonuspagina's vind je vroege ontwerpen terug, een toelichting van Aimée, die al tien jaar rondliep met dit project, personagestudies, diverse making-ofs, een alternatief beginn en een ongebruikte scène. 

In het verhaal stort een vliegtuig neer op een onbewoond eiland. De piloot overleeft het niet, een groep schooljongens wel. Terwijl ze moeten zien te overleven, ontspint zich een dramatische machtsstrijd. Op de achterflap van de strip wordt het aangeprezen als: "Lang voor The Hunger Games en Battle Royale was er al Lord of the Flies."

Twee jaar twijfelen

Aimée was veertien toen ze op school, tijdens de lessen Engels, het boek over de Britse schooljongens op een eiland las. Aan The Guardian vertelt ze: "Veertien is een interessante leeftijd. Ik was nog een kind, maar ik zag mezelf als een volwassene. Wat ik leuk vond, was hun onafhankelijkheid. Ze waren vrij. Ze hadden geen ouders die hun vertelden wat ze moesten doen. (...) Het speelt zich af op een felgekleurd tropisch eiland, zoals The Blue Lagoon uit 1980 of zoiets. Maar de jongens zijn wild en vies. Ze zijn een beetje dierlijk: ze hebben lang haar, ze rennen rond. Ze zijn donker.”

Het boek werd haar favoriete roman. Tien jaar geleden al koesterde ze het plan om het te verstrippen. Ze publiceerde toen nog de krantenstrip Snippers en wou de overstap maken naar graphic novels. In The Guardian: "Maar ik was bang. Ik had nog nooit een boek geschreven en ik dacht: 'Misschien is een bewerking een goede manier om te beginnen.'"

Er werd navraag gedaan bij Faber. Het antwoord was echter nee. De rechten waren niet beschikbaar. De Jongh moest zich tevreden stellen met het geven van de namen Ralph en Simon (naar twee jongens in Lord of the Flies) aan twee personages in een verhaal dat ze later zelf zou schrijven. Drie jaar later probeerde ze het opnieuw, maar ze werd voor de tweede keer teruggeslagen. "Ik gaf het toen op. Ik zei tegen mezelf: 'Oké, dit zal waarschijnlijk nooit gebeuren.'"

In 2022 kreeg ze plotseling alsnog een mail met de vraag of ze nog steeds geïnteresseerd was om het boek een nieuwe grafische invulling te geven. Ze was echter niet de enige kandidaat. "Er werd mij verteld dat ik een pitch moest doen. Andere schrijvers en artiesten zouden hetzelfde doen. (...) Gelukkig was ik degene die werd weerhouden..."

Ze werkte meer dan twee jaar aan de stripbewerking. Dat ging gepaard met heel wat twijfels. "Elke dag van die twee jaar was er een moment waarop ik dacht: 'Oh mijn God, waar ben ik mee bezig? Waarom doe ik dit? Gaan mensen het haten? Zij hebben een visie over hoe zij het eiland zien en Ralph en Simon en Jack en Piggy, en hier kom ik met de mijne' — en dat is nogal definitief in een boek als dit. Zelfs nu word ik 's nachts nog wel eens wakker en denk ik: 'Ooh, die scène was zo belangrijk -— ik besloot hem niet te gebruiken en nu gaan mensen me haten.'"

Het is de eerste officiële verstripping van de tijdloze klassieker. Uitgeefdirecteur Angus Cargill verantwoordde de keuze voor Aimée als volgt: "Lord of the Flies is een van de parels van de Faber-fictielijst, een tijdloze en geliefde moderne klassieker, en dus was het van cruciaal belang om iemand te vinden wiens visuele esthetiek, vaardigheid en verbeelding iets nieuws aan het verhaal konden toevoegen. Het was een lang besproken project in mijn tijd bij Faber en ik ben erg blij dat het eindelijk samenkomt met de briljante Aimée de Jongh. We zijn allemaal zo enthousiast over het resultaat, en ik denk dat het snel zal worden gezien als een op zichzelf staand klassiek werk, dat naast deze baanbrekende roman zal staan, deze zal aanvullen en nieuwe lezers zal opleveren."

Judy Golding Carver, de dochter van schrijver William Golding, vult aan: "Wij zijn verheugd. Aimée de Jongh is de ideale visuele vertolkster: een toegewijde, buitengewoon getalenteerde tekenares, met een diep begrip van de roman en een vastberadenheid om de bijzondere kracht ervan over te brengen. Aimées ontwikkelende visie op Lord of the Flies brengt de eilandlandschappen, zowel idyllisch als gewelddadig, tot leven met de jongens als individuen, het kristalliseert hun emoties en angsten. Zij is de tekenaar waarop de roman heeft gewacht."

Wie is William Golding?

Een beknopt antwoord op die vraag kan je achterin het album lezen. "William Golding (1911-1993) werd geboren in Cornwall, Engeland, en volgde zijn opleiding aan de Marlborough Grammar School en Brasenose College, Oxford. Voordat hij schrijver werd, was hij acteur, zeiler op kleine boten, muzikant en onderwijzer. In 1940 trad hij in dienst bij de Britse Royal Navy en nam later deel aan de D-Day-operatie en de bevrijding van Nederland. Lord of the Flies, zijn eerste roman, werd door verschillende uitgevers afgewezen, maar gered van de ‘afwijzingen-stapel’ bij Faber en gepubliceerd in 1954. Het werd een moderne klassieker, waarvan miljoenen exemplaren werden verkocht in vierenveertig talen, en het werd bewerkt tot een film van Peter Brook in 1963. Golding schreef elf andere romans, een toneelstuk en twee essaybundels. Hij won de Booker Prize voor Rites of Passage in 1980 en de Nobelprijs voor de Literatuur in 1983. Hij werd in 1988 tot ridder geslagen en stierf in 1993."

Het idee voor Lord of the Flies kwam tot stand aan de open haard, in het gezelschap van zijn vrouw aan wie hij op een dag zei: "Zou het geen goed idee zijn om een verhaal te schrijven over enkele  jongens op een eiland, om te laten zien hoe ze zich echt zouden gedragen, omdat ze jongens zijn en geen kleine heiligen zoals ze meestal in kinderboeken zijn?" Hij smokkelde er zijn indrukken als voormalige soldaat tijdens de Tweede Wereldoorlog in. Hij diende toen op een torpedojager en voerde het bevel over een landingsvaartuig tijdens de landing in Normandië in 1944. Hij wist van de kernbommen op Hiroshima en Nagasaki en las de eerste verslagen over de concentratiekampen van de nazi's. 

De plot was tegelijk lichtjes gebaseerd op een kinderavonturenverhaal uit 1857 van de Schotse schrijver én illustrator Robert Michael Ballantyne (1825-1894), The Coral Island, waarin drie jongens een schipbreuk overleven. Terwijl dat boek brave kleine kinderen laat zien die het opnemen tegen zowel piraten als Polynesiërs, was de strijd van Goldings personages veel fataler.

www.william-golding.co.uk

Film en tv

Het boek werd tweemaal verfilmd, een eerste keer in 1963 door regisseur Peter Brook, de tweede keer in 1990 door Harry Hook. De trailers van beide films kan je hieronder bekijken.

De Britse staatstelevisie BBC gaf intussen opdracht voor een tv-reeks naar de roman. De reeks zal vier afleveringen duren die worden geschreven door Jack Thorne, bekend van His Dark Materials, de verfilming Enola Holmes en het toneelstuk Harry Potter and the Cursed Child. De reeks wordt mogelijk gemaakt door het Britse productiehuis Eleven (Sex Education). De uitzending is voor 2025 gepland.

Expo's

Tussen 11 en 25 september 2024 loopt een making-of-tentoonstelling van de strip in The Bindery. Check deze pagina.

In Rotterdam volgen er expo's met origineel werk. Tussen 5 oktober 2024 en 2 februari 2025 presenteert Kunsthal Rotterdam een uitgebreide overzichtstentoonstelling van haar werk. Lees er hier meer over.

Lord of the Flies - Heer van de Vliegen (Aimée de Jongh, Scratch Books, 352 pagina's, hardcover, 29,95 euro).

Bronnen: Aimée de Jongh, The Guardian

Dieven en dagen

We winden er geen doekjes om. Ook voor Stripspeciaalzaak.be is de in 1988 geboren Aimée de Jongh een auteur van belang. In jaarlijkse toplijstjes staan haar albums bij onze lezers torenhoog genoteerd. Elke keer we over haar of haar projecten schrijven, wordt het gelezen, geliked, gedeeld. Er volgen intussen ook tegenreacties van mensen die al die aandacht overdreven vinden of haar werk overhyped. Smaken verschillen. Het komt echter zelden voor dat een stripauteur — een auteur tout court — van Nederlandse origine wereldwijd gepubliceerd raakt en tot nu toe drie Eisner Awards ontving.

Op diverse striptochten doorheen Europa hebben we met eigen ogen vastgesteld hoe prominent vertalingen van haar werk in stripwinkels, boekhandels en winkelketens uitgestald staan, zowel in zaken met een alternatiever aanbod als voor een groter publiek. Een van haar eerste strips kreeg prompt een verfilming. We hebben het laatste nog niet van haar gezien. Een terugblik op haar eerder werk presenteren we je hieronder.

Snippers (Strip2000 / Uitgeverij L, 9 delen, 2013-2018)

Aimée startte haar stripcarrière als tekenares van Aimee TV, komische gags met een nog zwaar op manga's geïnspireerde tekenstijl. Bee Dee geloofde erin en gaf in 2006 Aimée TV: Uw Dagelijks Mangamoment uit, haar debuutalbum. In 2011 gaf ze zelf Mijn Eerste Keer uit. Het handelde over hoe ze met veel moeite voor het eerst een mannelijk naaktmodel tekende, meteen haar eerste confrontatie met het naakte mannenlichaam. Een jaar later volgde het alweer in eigen beheer uitgegeven, post-apocalyptische 2017 op scenario van voormalig cabaretier en stand-upcomedian Thijs van Domburg. Het eerste deel van de comicreeks brak allerminst potten en kreeg geen vervolg. Met Snippers sloeg ze verder de (semi-)autobiografische weg op met strookstrips die ze kwijt kon in de Nederlandse gratis krant Metro. Ze bereikte daar vanaf 2011 een groot publiek mee. De reeks liep tot 2017 in de krant en tot 2018 in album. Ze stopte ermee omdat ze het naar eigen zeggen was ontgroeid en ze wilde zich voortaan volop focussen op graphic novels en animatiewerk, nog steeds de opleiding waarin ze is afgestudeerd. Nadat ze ook al was gestopt met Aimée TV zei ze daarover in dit interview: "Het is niet omdat je op je zestiende Nirvana geweldig vindt en je het niet onaardig doet in een covergroepje van die band, dat je dit de rest van je leven moet doen. Het is gewoon zo gelopen. Vandaag pak ik de elementen uit manga’s die ik mooi vind, en combineer die met de Europese school.”

Een introductie op Snippers door Jeroen Vermeij uit ons archief: "Snippers is een supergrappige strip waarin de Nederlandse tekenares en tekenfilmmaakster Aimée de Jongh ons trakteert op haar semi-autobiografische belevenissen. Huisvriend  Stef fungeert daarbij vaak als aangever, maar hij is evenals Aimée zelf ook vaak slachtoffer in grappen waarin Aimée de Jongh haarscherp, in woord en beeld, onze menselijke zwakheden fileert. De kracht van de stripjes zit 'm in de herkenbaarheid, geïnspireerd op gewone dagelijkse ervaringen of losse, maffe gedachten die we allemaal wel eens hebben. Niks en niemand wordt gespaard: internetverslaving, overdreven fascinatie voor onze smartphone, rare eetgewoonten, boeren en scheten, overmatige fantasie, sullig gedrag, te veel om op te noemen. De trein- en ov-chipgrappen noemen we wel nog even apart, omdat deze altijd zo treffend zijn in een krant die toch vooral door reizigers van het openbaar vervoer worden gelezen."

De Terugkeer van de Wespendief (Oog & Blik | De Bezige Bij, 2014) / Scratch Books, heruitgave, 2017)

Meteen prijs (bis). Haar eerste graphic novel raakte vertaald in vijf talen en werd in 2017 voor de Nederlandse televisie verfilmd. Met het pure neerschrijven van een verhaal bleek ze toen al problemen te hebben. Aan ons vertelt ze in 2014: "Ik ben een slechte schrijver. Ik zeg niet dat ik geen verhalen of scenario's kan verzinnen, want dat doe ik elke dag. Maar puur het opschrijven ervan, dat doe ik liever niet. Ik heb altijd het gevoel dat het ten koste gaat van de vrijheid van een strip. Zodra ik een conversatie op papier zet, voelt het alsof ik het één-op-één moet overnemen. Als ik vervolgens iets wil veranderen in de strip, moet ik in een Word-documentje het gesprek opnieuw indelen, alinea's weghalen, of omgevingen anders omschrijven. En dan al die leestekens. Nee, dank je. Ik ben een visueel ingesteld persoon. Pas als ik het zie, weet ik of het werkt."

In 2014 besloot medewerker Wouter Porteman zijn bespreking over het album als volgt: "De Terugkeer van de Wespendief lijkt zich dus soms wat te vertillen aan de vele thema's en strandt uiteindelijk in een zee van talent, goede wil en visie. Een meer kritische producer zou dit debuut wel echt onvergetelijk kunnen gemaakt hebben. Nu doet dit album vooral verlangen naar meer. Dat meesterwerk zit zeker in haar vingers en geest, en zal er ooit uitkomen. Want wij houden van Aimée. Wij zijn fan." Lees hier de complete bespreking.

Reborn (Don Lawrence Collection, 2016)

Reborn speelt zich in de nabije toekomst af. Aimée liet zich vrij inspireren door een van haar favoriete strips: Als in een Droom in de reeks Robbedoes en Kwabbernoot door Tome & Janry. Het album kreeg het volgnummer 1, maar het bleef bij dat ene album. Hoe het verder loopt, zullen we misschien op tv te zien krijgen, want productiehuis Big Blue sluit in 2022 een overeenkomst met Uitgeverij L om er een dramaserie voor tv van te maken. Big Blue is de producent van het met een Gouden Kalf bekroonde Rampvlucht over de vliegramp in de Bijlmer. Voor de Vlaamse tv werkte het samen voor de tv-reeks Grond.

Het verhaal van de strip: "In de nabije toekomst ontdekt de jonge Elise dat ze de eerste menselijke kloon is. Haar leven valt in duigen en ze belandt in een identiteitscrisis. Niet dat ze de tijd heeft voor zelfbeklag, want ze wordt met de dood bedreigd door een meedogenloze sekte, die deze stap in de wetenschap verwerpt als hoogmoed jegens God. Elise slaat op de vlucht, vooral voor de religieuze fanatici die naar haar op zoek zijn, maar ook voor zichzelf." Lees hier een bespreking van Wouter Adriaensen. Hoewel er van haar fans vraag was naar een vervolg, komt dat er zeker niet. In een interview van Wouter Porteman zegt ze hierover: "Reborn was een moeilijk verhaal. Het ging een one­-shot worden met misschien een tweede deel. Dat was voor mij heel lastig omdat ik niet wist hoe ik het moest afsluiten waardoor het een beetje gek eindigt. Daarom ben ik zelf niet zo tevreden over dit hele boek.”

Slimme Pim (De Eenhoorn, 2 delen, 2015-2020)

Aimée is van alle markten thuis. Tekenfilm, krantenstrip, graphic novel, reportage in stripvorm, en ook jeugdstrips. Tussen 2013 en 2015 volgden drie albums van Kito & Boris, met korte verhalen over een konijn en een beer, bij De Eenhoorn voor een jong publiek. Voor dezelfde uitgever illustreerde ze het door Thea Dubelaar geschreven kinderboek De Jongen die Steeds Viel en Riet Willes Ik Kies voor Lies en Wies. Aimées gagreeks Slimme Pim tekende ze voor de Vlaamse tienerkrant Kits die tweemaal per maand wordt uitgegeven door De Eenhoorn. Daar volgden twee albums van met telkens een vijftigtal stripjes en enkele experimenten om zelf uit te voeren.

David Steenhuyse hierover: "Pim is een intelligente, vindingrijke, knutselende jongen. Hij doktert bij de vleet uitvindingen uit die niet altijd doeltreffend zijn of zelfs eindigen in verwoesting of tegenslag. Pim is ook een knul die niet graag naar school gaat of net zoals andere kinderen niet altijd naar zijn ouders wil luisteren. Het moet voor herkenning zorgen bij de lezertjes. In andere gevallen is hij een vervelend joch dat een avondje cinema of een wandeling in het bos verpest met een overdosis kennis. Vooral klasgenootje Mara is daarbij lijdend onderwerp. Zij wil gewoon een fijne tijd doorbrengen met Pim, want Mara vindt Pim leuk en Pim haar ook. (...) Ook dit tweede deel bewijst dat Aimée een natuurlijke funny bone heeft. Zolang ze het ernstigere werk kan blijven afwisselen met aardige, tijdloze jeugdstripjes als Slimme Pim vinden we dat een gezonde afwisseling."

Bloesems in de Herfst (met scenarist Zidrou, Blloan, 2018 / Ballon Media, heruitgave met nieuwe cover en bonuspagina's, 2020)

Een volgende stap op weg naar de top. Of zoals Flo Van Dijck het uitlegde: "Stripauteur, animator en illustratrice Aimée de Jongh (°1988) gaat als een speer en wekt de indruk dat ze overvallen wordt door de aandacht en het succes. Dat is ongeloofwaardig. Zonder talent, keihard werken en een dosis intelligentie lukt het zelden om de top te bereiken. Uit alles blijkt dat deze dame een carrièreplan heeft. Ze werkt als een atlete die zich op de Olympische Spelen voorbereidt, houdt rekening met tegenslagen en weet dat ze uit haar comfortzone moet stappen om hoog te eindigen. Een reeks stopzetten of het onbekende verkennen maken deel uit van haar programma. Daarin verschilt ze van de striptekenaar die hunkert naar een contract dat zekerheid biedt. Aimée de Jongh wil geen zekerheid, zij heeft streefdoelen. Graphic novels maken en samenwerken met Zidrou onder andere.

De ex-schoolmeester Benoît Drousie (°1962), beter bekend als Zidrou, heeft geluk dat hij zelden rechtstreeks voor Vlaamse uitgeverijen werkt. Van hen zou hij de vraag krijgen om scenario's voor spin-offs of remakes te leveren. Niet dat hij zich nooit aan zulke zaken waagt, maar daarnaast krijgt deze all-rounder van zijn uitgevers wél de kans om z'n eigen verhalen te vertellen. Dat de ambitieuze Aimée de Jongh net hem uitkiest, is naar eigen zeggen een droom die uitkomt en op weg naar de top een slimme zet. Een tussendoortje is Bloesems in de Herfst in elk geval niet. Beide auteurs zijn een jaar bezig geweest met de voorbereiding. De Jongh wou iets rond liefde en Zidrou bediende haar op haar wenken. Hoewel. Zijn protagonisten blijken zestigers of daaromtrent en dat is een leeftijd die doorgaans niet met vlinders in de buik geassocieerd wordt."

En toch schortte er een en ander aan dit album, aldus Flo. De plotse twist op het eind vond ze een misser. "Het ontroerende verhaal had geen behoefte aan zo'n stunt om aandacht te krijgen." In dit interview van Wouter Porteman gaf Aimée er de volgend uitleg aan: "Het is wel grappig. Heel veel mensen vinden die scenario­twist jammer, maar ik vind niet dat Zidrou er hier naast zit. Je moet die zwangerschap niet in de letterlijke zin opnemen. Het is gewoon een prachtige metafoor voor het nieuwe leven dat ze samen hebben. Bloesems in de Herfst is geen realiteit. Het is een strip, eentje met een magisch kantje, net zoals Ragebol, of alles van Frank Pé überhaupt. Zidrou vindt het zelf ook jammer dat te veel mensen de strip medisch­-realistisch benaderen in plaats van sprookjesachtig. Kijk maar eens hoeveel verwijzingen naar sprookjes, fabels of mythes er in het verhaal zitten. Denk maar aan Odysseus, Penelope, Mediterranea, Sneeuwwitje,... Het was ook een leermoment voor Zidrou dat dit niet zo duidelijk is overgekomen.”

Het album eindigde in 2018 op plaats 7 (één plaatsje na Krasse Knarren deel 5, die andere bejaardenstrip) in de top-40 die onze lezers hebben samengesteld.

Taxi! - Verhalen vanaf de Achterbank (Scratch Books, 2019)

Aimée omschreef dit album zelf als een tussendoortje, oorspronkelijk bedoeld voor de Canadese uitgever Conundrum Press. Het zou zelfs niet verschijnen in het Nederlands, laat staan in nog andere talen, zoals het Frans. Mario Stabel over het volgens hem onterecht pejoratief omschreven album: "De Jongh beschrijft vier taxiritten die ze zelf heeft meegemaakt bij reizen naar Los Angeles, Parijs, Jakarta en Washington DC. Ze observeert, registreert en probeert om zelf wat op de vlakte te blijven. Door de vier verhalen op te splitsen in verschillende scènes duurt het even voor je meegezogen wordt in deze tranches de vie, maar de strip smeekte achteraf bekeken gewoon om deze aanpak. Taxi! moet het immers niet hebben van spectaculaire plotwendingen, maar hangt aan elkaar van de subtiliteiten, visuele stiltes en de rake beschouwingen van de auteur. Als ze bijvoorbeeld Le Bataclan in Parijs passeert, gebeurt dit zonder woorden, zonder duiding, maar spreekt haar oogopslag boekdelen. En zo bulkt dit 'tussendoortje' weer van het raffinement en zijn we heel blij dat we even bij Aimée op de achterbank mochten."

Het album eindigde in 2019 op plaats 33 van onze top-50 van dat jaar.

Dagen van Zand (Scratch Books, 2021)

Afgelopen week nog zagen we deze Dagen van Zand in diverse stripwinkels in Barcelona liggen. Het was tot Lord of the Flies haar meest vertaalde strip. Ze behaalde er ook plaats 1 mee in onze top-100 van 2021. Toen schreven we dit: Aimée de Jongh, de stripkoningin van de Lage Landen, is intussen al talloze malen bekroond met nominaties, prijzen, erkenningen en andere vormen van loftuitingen voor haar docudrama Dagen van Zand. Met alle herdrukken inbegrepen zit de verkoop in het Frans al boven de 30.000 exemplaren en in het Nederlands meer dan 10.000 stuks... and counting. Ze werkte jarenlang aan het verhaal en de opzoekingen die haar tot in Amerikaanse archieven bracht. Er is maar één correcte plaats om deze neo-klassieker naar zijn werkelijke waarde te schatten en dat is een dikke nummer 1 in de top-100 van 2021. Het was overigens een goed jaar voor Nederlanders in deze top, maar er kan er maar één de beste zijn.

Uit onze bespreking: "Niet alleen grafisch wordt Aimée nog elke keer beter. Ook qua inkleuring (in vele schakeringen grijs en beige, maar ook strategisch kleurrijk) is Dagen van Zand haar sterkste werk tot nog toe. Wat het verhaal betreft, liet de Jongh zich inspireren door de duizenden foto's die in opdracht van de Farm Security Administration omstreeks de jaren 1930 zijn gemaakt om de armoedige levensomstandigheden van de verzandende regio nationaal wereldkundig te maken. De Jongh stuurt een jonge New Yorkse fotograaf de Panhandle in, die zich de ellende ter plaatse meer en meer aantrekt."

Zestig Lentes (met scenarist Ingrid Chabbert, Dupuis, 2022)

Voor dit album over een vrouwelijke midlifecrisis in de prestigieuze auteurscollectie Vrije Vlucht kon Aimée samenwerken met Ingrid Chabbert, van wie toen in vertaling de schitterende romanbewerking Wachten op Bojangles al was verschenen (zie verder op deze pagina). Chabbert had Aimées benaderd na het lezen van haar Bloesems in de Herfst. Het is opnieuw een album over zestigers. Dai Heinen vat het verhaal samen: "Op haar zestigste verjaardag heeft Josy genoeg van haar huwelijk en kinderen en besluit ze voor zichzelf te kiezen. Ze verlaat het huis in een klassiek Volkswagen-busje en brengt haar eerste nacht in haar nieuwe vrije leven door op een parkeerplaats. Haar buurvrouw is een jongere dame met een baby en dankzij haar maakt ze kennis met de Club van Ontsnapte Huissloven, vrijgevochten vrouwen die niet meer onder het huishoudelijk regime en de bijbehorende sleur willen vallen. Josy ontmoet er Christine en al snel delen de dames niet alleen dezelfde interesses, maar ook andere dingen met elkaar. Deze scènes zijn meteen het meest uitdagend van alle 110 bladzijden. Aimée de Jongh toont haar durf en kwaliteit om deze scènes in beeld te brengen. Lesbische scènes komen al niet heel vaak voor in de stripwereld en wanneer dat wel gebeurt,  zijn het bijna altijd knappe jonge dames die in beeld worden gebracht. Geen enkel geluk is eeuwigdurend en ook het leven van Josy gaat gepaard met emotionele uitbarstingen, boze en gefrustreerde familieleden en het is aan de lezer om te oordelen over haar keuzes. Familieleden met hun vragen en frustraties zijn terecht op zoek naar antwoorden, maar waarom heeft Josy deze keuze gemaakt?"

Het album behaalde in 2022 plaats 18 in de top-100 van onze lezers.

Romanbewerkingen

Doorheen de decennia zijn menig romans verstript in alle mogelijke genres. Tussen 1956 en 1975 bood de collectie Illustrated Classics zelfs tweehonderdveertig (beroemde) romans in stripvorm aan. Hele œuvres van bijvoorbeeld Agatha Christie kenden opeenvolgende stripversies. Hieronder stellen we een selectie van vijfentwintig titels voor die we de moeite waard vinden. Het zijn daarom niet altijd de meest voor de hand liggende titels. Uiteraard bestaan er nog veel meer. Die komen volgende keren wel aan bod.

Iemand Om Mee te Praten (door Grégory Panaccione naar de roman van Cyril Massarotto, Lauwert Uitgeverij, 2024)

"Samuel viert zijn verjaardag helemaal in z’n eentje en baalt. Hij belt het enige nummer dat hij uit het hoofd kent op: dat van zijn ouderlijke huis. Tot zijn grote verbazing krijgt hij iemand aan de lijn. Langzaam maar zeker wordt hij zich ervan bewust dat het tijd wordt om zijn leven weer op de rails te krijgen..."

Uit onze bespreking: "Iemand Om Mee te Praten is een verhaal waarin velen zich zullen herkennen wiens pad niet altijd even rimpelloos is verlopen vanaf de jeugdjaren, zowel qua studie en werk als liefde en partnerkeuze. De moeilijkheid om tijdens of na de puberteit de juiste richting in te slaan, een keuze te maken en te weten wat men wil van het leven. Het is een heilzame boodschap om toch de positieve kant te zien van gebeurtenissen die in eerste instantie als desastreus of ongelukkig werden bevonden wanneer men alle elementen eens rustig op een rijtje zet. Het toont ook aan hoe belangrijk oprecht eerlijke gesprekken zijn om iemand te leren kennen en te waarderen."

Lees hier ons interview.

De Weg (Manu Larcenet naar de roman van Cormac McCarthy, Dargaud, 2024)

Uit onze bespreking: "Larcenet herleidt het Pulitzerwinnende verhaal tot de pure essentie: het niets, het einde. De aarde is verwoest, alle natuur is afgestorven door de tonnen vulkaanas die de hele wereld bedekt. Enkel wat mensen slagen er ternauwernood in om te overleven. Ofwel zijn ze kannibaal geworden, ofwel dolen ze uitgemergeld rond op zoek naar nog niet ontdekte conservenblikken. De overlevers beseffen het wel. Ze stellen gewoon hun eigen dood wat uit. Een vader en een zoon trekken op een desolate weg richting kust. Hun namen worden zelfs niet genoemd. Het doet er ook niet toe. Niet meer. Ze zijn koortsachtig op zoek naar eten en een sprankeltje hoop. Daar, aan de oceaan, wordt alles beter.

De Weg is een instant klassieker die naadloos past in het rijtje van Jacques Tardi’s Loopgravenoorlog, Barry Windsor-Smiths Monsters en Art Spiegelmans Maus. Stripboeken die je niet voor je plezier leest maar waar je na het lezen, onmiddellijk weet waarom je die alsnog gekocht hebt. De Weg is een onbetwist meesterwerk."

Lees hier ons interview.

De Avonden (door Dick Matena naar Gerard Reve, De Bezige Bij, vier delen in 2003-2004, integrale in 2007)

Uit onze bespreking van deel 1: "We wisten al dat Matena de integrale tekst herhaalde in het album, waardoor de beelden geen symbiose vormen met de tekst. Dat de tekeningen meer expressie mochten bevatten, wisten we ook al. En dat het geheel daardoor langzaam leest, en loodzwaar overkomt. Saai en vervelend. Maar was dat nu net niet de bedoeling? De Avonden is toch niets meer of minder dan de ultieme beschrijving van een twintiger die zich verveelt, zich ergert aan het platvloerse bestaan van zijn ouders. Bang is van lichamelijk verval en daardoor de ganse tijd lult over haaruitval of de zin van neuskeutels. “Geboorte, school, werk, dood” samengebald in de laatste tien dagen van het eerste na-oorlogse jaar 1946. Er gebeurt niets, want er staat niet te gebeuren. Verveling alom.

Dat verstikkende sfeertje wordt prachtig in beeld gebracht door de grijze potloodtekeningen van Matena (FlynnAlias EgoMythen,...). De detaillistische tekeningen stralen een immense droefeloze kracht uit. Een kracht die enkel in bedwang gehouden wordt door een niet aflatende tekststroom. Somber, treffend, maar allesbehalve saai.

De Avonden is geen strip. De Avonden is een prima brokje Nederlandse literatuur, meesterlijk geïllustreerd door een Matena op zijn best. En dat uiteindelijk 341 pagina’s lang. Na het boek en de film was het inderdaad tijd voor het beeldverhaal."

Rollenspel (door Pascal Bertho + Giuseppe Lotti naar de roman van Pierre Lemaitre, Dark Dragon Books, drie delen, 2023-2024)

Uit onze bespreking: "Een roman van Pierre Lemaitre die verstript wordt, daar gaan we blind voor. De Kleuren van de Brand, Tot Ziens Daarboven en De Verhoeven Brigade staan daar borg voor. Netflix zag er ook al brood in. Rollenspel werd in 2020 een zesdelige reeks (Dérapages) met de ex-profvoetballer Eric Cantona in de hoofdrol. 

Alain Delambre, in betere tijden een manager human resources, is nu al vier jaar werkloos. Door zijn gevorderde leeftijd (57) maakt hij geen kans op een nieuwe job. Alain en zijn vrouw Nicole zien hun financiële positie penibel worden. Bijbaantjes moeten helpen om hun armzalige, beschimmelde appartement te kunnen behouden. Het maakt Alain humeurig en agressief. Hun sociale leven brokkelt af. En daar is dan plots een advertentie voor een functie als HR-assistent. De kandidaten moeten vijf onwetende topfunctionarissen van het bedrijf testen op hun moed, stressbestendigheid en trouw. Op hun beurt zal directeur Alexander Dorfman de HR-kandidaten testen. Een vreemd rollenspel zal de hoofdrol spelen. Alain denkt wel een kans te maken en daar heeft hij veel — lees: alles — voor over. Hij heeft immers ervaring en volwassenheid als troeven. Maar met Pierre Lemaitre — of met Pascal Bertho, zo je wil — weten we dat we goed zitten voor een aantal verrassende plotwendingen. De managers zullen getest worden in een gewelddadige dynamische situatie: een nepgijzeling. De directie speelt met macht, zonder gewetensbezwaren. Alain wil de toxische werksfeer bij grote bedrijven aanklagen en gaat all-in. Is hij verward? Kunnen we van terrorisme spreken of is het een geval van totale verstandsverbijstering? Zijn vrouw Nicole en hun dochters Lucie en Mathilde volgen deze evolutie vol onbegrip."

Zwarte Waterlelies (door Didier Cassegrain + Fred Duval naar de roman van Michel Bussi, Dupuis, 2020)

Dit one-shot in de collectie Vrije Vlucht is hopeloos uitverkocht en intussen een prijzig album. We nemen deze titel met opzet op in dit overzicht om de groep Standaard Uitgeverij nogmaals aan te manen tot een verdiende en ook wel gevraagde herdruk. Dezelfde auteurs verstripten in 2023 Michel Bussi's Laat Mijn Hand Niet Los. Bij Daedalus is zelfs een heuse Bussi-collectie gestart met als eerste titels Ogen Zo Blauw (door Nicolaï Pinheiro en Fred Duval, 2022) en Tranen in het Zand (door Cédric Fernandez en Jérôme Derache, 2023).

Uit onze bespreking: "Het strafste is dat de hele beeldroman overkomt als een groot impressionistisch schilderij. Met het kleine dorpje Giverny is het kader duidelijk afgebakend. Wat daarin gebeurt, lijkt kristalhelder van ver af. Hoe dichter je de zaken bekijkt, hoe waziger echter alles wordt. Elke indruk die je hebt, is fout. Elke impressie is een momentopname, badend in een steeds veranderend licht op de zaken. De misleidende valsheid van het impressionisme ten top. (...) Zwarte Waterlelies is een betoverend zwart sprookje. Feeëriek, satirisch en intelligent."

Het Verborgen Leven van Bomen (door Fred Bernard + Benjamin Flao naar het boek van Peter Wohlleben, Scratch Books, 2024)

Uit onze bespreking: "Het Verborgen Leven van Bomen is de verstripping van de wereldwijde succesroman van Peter Wohlleben. Hij is een Duitse houtvester die dertig jaar lang bomen puur als rendabele grondstof zag tot hij plots opmerkte dat wortels van omgezaagde bomen in contact bleven met de bomen errond en de voor ons dode boom ondergronds verder bleef leven. Sindsdien gooide hij het roer om en bleef zich verdiepen in het enorm complexe leven van bomen en hun directe omgeving. Met succes. Zijn baanbrekende ecologische ideeën, balancerend tussen wetenschap en filosofie, worden intussen steeds breder geaccepteerd in de Europese houtsector en natuurbescherming. Mooi!

Scenarist Fred Bernard en tekenaar Benjamin Flao — Wanneer gaat iemand zijn Kililana Song vertalen? — mogen zich gelukkig prijzen. In tegenstelling tot soortgelijke verstripte boeken als Sapiens of De Wereld van Sofie hebben de auteurs hier grafisch boeiender materiaal voor handen. Een woud, bos of zelfs een verpieterde, mishandelde stadsboom levert nu eenmaal altijd mooie plaatjes op. Verhaaltechnisch worden de verschillende prima onderbouwde theorieën verlucht doordat we ook de carrière en privéleven van Peter Wohlleben en zijn familie volgen. Het zorgt ervoor dat je deze turf met plezier verder leest."

De Aanslag (Milan Hulsing naar de roman van Harry Mulisch, Oog & Blik | De Bezige Bij, 2015)

Uit onze bespreking: "Milan Hulsing liep als kleine jongen ooit achter Mulisch op een betoging tegen kernwapens en is nu de gelukkige om zich aan de stripbewerking te wagen. Al vanaf de eerste pagina wordt duidelijk dat hij er zijn persoonlijke roman van maakt. Hij gooit de klassieke thema's overboord. Weg dat navelstaren naar het verleden, weg dobbelstenen,... In ruil voor die literaire aanslag geeft de Amsterdammer ons heel veel terug. Hulsings De Aanslag is een spannende vertelling geworden, vol flashbacks en met focus op het Oedipusmotief van Anton voor de gevangene in de cel. Weg saaiheid, hoera spanning!

Als eerbetoon voor Mulisch' klare schrijfstijl, koos Hulsing voor een uitgepuurde, krasserige grafiek. De tekeningen zijn minimale lijntjes, flinterdunne contouren haast. Zij figureren op een krachtige aquarelinkleuring. Krachtige roodtinten — een weergave van Antons angst voor vuur? — kijkend naar de toekomst, en ijskoude blauwtinten voor de flashbacks. De negende kunstsnob in ons sist bewonderend Grote Voorbeelden als GipiCyril PedrosaGuido van DrielHanco Kolk en vooral Pascal Rabaté."

Wachten op Bojangles (door Carole Maurel + Ingrid Chabbert naar de roman van Olivier Bourdeaut

Uit onze bespreking: "Georges en Antoinette leerden elkaar kennen op een receptie waar de succesvolle ondernemer als een volleerde fantast de geweldigste verhalen verzon en zo de gasten wist te vermaken. Plots zag hij Antoinette. Hij was onmiddellijk smoorverliefd. Uit het verhaal dat hij voor haar opdiste, bleek dat hij haar eigen grootvader moest zijn. Het lachsalvo deed hen beiden smelten. Niets kon het koppel nog deren. Niets. Niet.

Wachten op Bojangles is zo'n strip die lang blijft hangen. De tekeningen van Carole Maubertzijn van een ontwapende retrocharme die ook een Aimée De Jongh heeft. De ruwe lijnvoering, de warme inkleuring, die rasters,... versterken het breekbare geluk van het gezin. Het verhaal van Ingrid Chabbert is een prachtige bewerking geworden van de roman van Olivier Bourdeaut. Ondanks het zware thema en de diepe problematiek in het straffe tweede deel, blijf het album heel geloofwaardig. Toen we de strip beduusd dichtklapten, klonk Nina Simones even beklijvende I Wish I Knew How It Would Feel To Be Free uit onze boxen. We zuchtten diep en schonken nog een glas in. Dit was mooi. Echt mooi. 

Wachten op Bojangles heeft ons een auteursduo leren kennen van wie we zeker meer willen lezen. Ook hun Écumes, over een misgelopen zwangerschap, kreeg lovende kritieken. Het is maar zeggen. Please, Don't Let Me Be Misunderstood."

De Eeuwige Oorlog / Een Nieuw Begin (door Marvano naar de roman van Joe Haldeman, Dupuis/Dargaud, 2019)

In 1988 was deel 1 van de trilogie De Eeuwige Oorlog een van de eerste albums die de auteurscollectie Vrije Vlucht van Dupuis opende. Een jaar later lag deel 3 al in de winkel. In 2008 kwam het tot een integrale nadat in 2002 en 2003 de sequeltrilogie Een Nieuw Begin in stripvorm was verschenen. Van beide trilogieën kwam in 2019 een dikke integrale uit. Al vele jaren heeft Ridley Scott (Blade Runner, Alien, Gladiator) verfilmplannen voor De Eeuwige Oorlog. Tussen de rechten die hij daarvoor kocht, zit ook Marvano's bewerking.

Uit onze bespreking: "Machines en domheid, ziehier met enige zin voor chargeren, in twee woorden het œuvre van Vanoppen samengevat. In De Eeuwige Oorlog kon hij zich gelijk uitleven (de ruimtetuigen) en afreageren (de imbeciliteit). Marvano tekent menigvuldig paginagrote, schitterende prenten die hij ten dele opvult met kleinere hokjes waarin hoofdjes vrijwel onbewogen een mening geven, oneliners debiteren, voetnoten plaatsen of tikken uitdelen. Met een sublieme opmaak en een magnifieke inkleuring krijgt hij het voor elkaar dat dit patroon niet frappeert en het converseren geen seconde verveelt. Door Marvano's kille, afstandelijke en beheerste stijl in de uitbeelding wordt Haldemans vertelling een hartverscheurend pleidooi. Marvano doet iets anders dan van een roman een strip maken: de onthutsende oproep voor vrede wordt een indrukwekkend epos zonder helden."

Nello en Patrasche (door Griffo + Marc Legendre naar de roman van Marie Louise de la Ramée, Kennes, 2022)

Uit onze bespreking: "Het verhaal van Nello en Patrasche is genoegzaam bekend... maar is dat wel zo? Zelf hebben we nooit het oorspronkelijke verhaal A Dog of Flanders van Marie Louise de la Ramée alias Ouida gelezen. Onze eigen hervertelling van het verhaal zou gebaseerd zijn op wat we in de Suske en Wiske-klassieker Het Dreigende Dinges gelezen hebben of op de flarden die we ons nog herinneren van een Japanse tekenfilmserie. A Dog of Flanders is een dun romannetje in een œuvre van tientallen titels waarmee Ouida tijdens haar leven het nodige succes en aanzien verwierf. Als tijdgenoot van Charles Dickens, die in haar ogen ellende lichtvoetig maakte, schreef ze in A Dog of Flanders met enig misbaar en zonder al te veel nuancerende adjectieven over de kloof tussen arm en rijk in het negentiende-eeuwse Antwerpen dat ze had bezocht. Marc Legendre kiest ervoor om Een Hond van Vlaanderen niet slaafs te verstrippen, waardoor het allicht een gedateerd, tranentrekkend gedrocht zou geweest zijn, maar om er wat introspectieve elementen en extra tegenstellingen aan toe te voegen.

Zo maken we vooreerst kennis met mevrouw de la Ramée die in 1870 onverbloemd over haar verblijf in Antwerpen vertelt aan collega-auteurs in een Londense club. Haar vertelling begint aan de Onze-Lieve-Vrouwekathedraal in de sneeuw waar de rijke schoft Nathaniel zijn elitaire klassenverschil onfatsoenlijk laat blijken bij een bedelaarster met kind op de arm. In gezelschap van twee even grote nietsnutten gaat hij een kijkje nemen in de kathedraal waar tegen betaling Rubens' metershoge schilderij Kruisafneming is te bewonderen. De bedelaarster en het kind krijgen ook een glimp van het schilderij te zien tot ze betrapt worden door meneer pastoor en de rijkeluizen. Wat volgt is het verhaal van Nello en de mishandelde hond Patrasche waarmee de knaap vriendschap sluit. Twee sukkels die elkaar vinden in een bikkelharde wereld met een onvermijdelijk, onfortuinlijk noodlot."

Largo Winch (door Philippe Francq + Jean Van Hamme naar de roman van Jean Van Hamme zelf, Dupuis, stripreeks sinds 1990)

Nerio Winch, de schatrijke Amerikaanse zakenman met Joeslavische roots en eigenaar van Groep W, de grootste groep multinationals ooit door één man bestuurd, wordt brutaal vermoord door een corrupte directeur van één van zijn bedrijven. Maar Nerio heeft een erfgenaam, een geadopteerde zoon: de 26-jarige Joegoslaaf Largo Winclzav, een wees. Van de ene dag op de andere erft hij een imperium van 562 bedrijven met filialen die actief zijn in 57 landen en werk verschaffen aan 400.000 medewerkers. Alle bedrijven zijn onderverdeeld in elf groepen die een gezamenlijke omzet halen van 44 miljard dollar, een abstract bedrag. Niemand aan de top wist dat Nerio een erfgenaam had. Largo is hun nieuwe baas. Maar op dat moment zit Largo in een gevangenis in Istanboel op beschuldiging van een moord die hij niet heeft gepleegd.

Van mei tot september 1976 schrijft Jean Van Hamme zijn eerste roman: Largo Winch en de Groep W. Hij stuurt het verhaal naar tien uitgevers en blijft ze bestoken met brieven. Ze antwoorden allemaal. Zes uitgevers reageren positief. Er verschijnen drie Largo Winch-romans die een verkochte oplage bereiken van zevenduizend tot elfduizend exemplaren. Niet slecht maar onvoldoende om van te leven/. Zes jaar na het eerste deel van XIII bewerkt Van Hamme zijn oude romans voor tekenaar Philippe Francq die hem om een scenario vraagt. Uitgeverij Dupuis neemt een risico door de oplage van het eerste deel van Largo Winch vast te leggen op 52.000 Franstalige exemplaren en 16.700 Nederlandstalige exemplaren. Dankzij de nodige promotie en het creëren van een hype (bedankt, promotieafdeling van Dupuis!) profiteert het eerste deel van het succes van XIII. De naam Van Hamme op de cover doet de rest. 

Lees hier meer over de geboorte van Largo Winch, van bedoelde stripfiguur over romanheld tot alsnog een stripheld.

Pinokkio (Winshluss naar de roman van Carlo Collodi, De Bezige Bij | Oog & Blik, 2009)

Het verhaal over de houten pop die een jongetje wordt, is ondenkbaar keer bewerkt tot tekenfilms, films, jeugdboeken en strips. Een buitenbeentje is de tekstloze versie van Winshluss, in Angoulême bekroond tot beste album in 2008.

Uit onze bespreking: "In dit verhaal is Pinokkio een door een geleerde ontworpen robotjongen die eigenlijk is bestemd voor vernielzuchtige militaire doeleinden. Vernietigen doet de voor de rest geheel onschuldige Pinokkio effectief, maar hij kan daar echt niet aan doen. Het komt tot een doelloze, lange tocht waarbij hij markante personages ontmoet die allen zijn geïnspireerd op figuren uit het oorspronkelijke verhaal. Vooral de passage op het vervallen betoverde eiland is memorabel door de wreedheid en troosteloosheid die er heersen.

Het verhaal is grotendeels tekstkloos. Winshluss (hij regisseerde de tekenfilm Persepolis) onderbreekt de verschillende hoofdstukken wel met korte intermezzo's over Japie Luis, een complete loser en nitwit die onderdak vindt in het metalen hoofd van Pinokkio. Voor de rest heeft hij niets in de pap te brokken. Hij profileert zich niet als Pinokkio's geweten. Winschluss geeft er ook meerdere draaien aan zodat het verhaal alle kanten op kan: van een politieonderzoek door een speurder met het gelaat van een standbeeld op Paaseiland tot een blinde zwarte die het licht ziet en van de weeromstuit een ultrareligieuze profeet wordt.

Dat dit duidelijk geen Disney-variant is, is nog zo leuker. We voelden oprecht medelijden voor een in de steek gelaten pinguïn die achteraf een zelfmoordterrorist wordt (en ook dat verknalt hij). Sommige taferelen zijn echt goor te noemen en alsof Winschluss ermee wilde lachen, is er ook een vette knipoog naar Sneeuwwitje en de Zeven Dwergen met zeven geile proleten die in een comateus Sneeuwwitje een willoos seksobject zien. 

De Vreemdeling (door Jacques Ferrandez naar de roman van Albert Camus, Blloan, 2013)

Uit onze bespreking: "Naar de reden van deze stripbewerking hoeven we niet lang te gissen: Albert Camus werd honderd jaar geleden geboren. In Algerije nota bene. Hij was een pied-noir, net als Meursault, rond wie De Vreemdeling draait. Meursault is een ogenschijnlijk nihilistisch en afstandelijk persoon, voor wie alles om het even is. Na de dood van zijn moeder, wat hem nauwelijks lijkt te raken, laat hij zich meeslepen door een buurman met losse handjes. Dit leidt tot een dramatische gebeurtenis en een proces, waarop hij zich haast gewillig naar het schavot laat leiden.

Na enkele verfilmingen en verwijzingen naar de roman in de popmuziek — de eerste single van The CureKilling an Arab, ging over dit meesterwerk, al had niet iedereen dit zo begrepen — is het nu tijd voor een stripadaptatie. Geen eenvoudige opdracht, want het is een werk met een filosofisch tintje waarin uiteindelijk weinig gebeurt. Toch is Jacques Ferrandez — de wat oudere striplezer kent deze Algerijn van geboorte en tevens jazzmuzikant misschien nog van Oriëntaals Dagboek en Achterland — erin geslaagd om er een vlot leesbare strip van te maken, zonder de filosofie van het boek naar het achterplan te drukken. Het broeierige klimaat van Algerije is haast voelbaar: op bijna elk plaatje parelt het zweet op het voorhoofd van de personages."

Nestor Burma (door Jacques Tardi, Emmanuel Moynot, Nicolas Barral, François Ravard naar de romans van Léo Malet, Casterman, stripreeks sinds 1982)

In zijn tijd was de Franse schrijver Léo Malet (1909-1996) een grote sfeerschepper die al even minutieus als Jacques Tardi een wijk of een arrondissement in Parijs — liefst bij regenweer — beschreef. Malet met pen en typmachine, Tardi met potlood en penseel. De stank van doorregende en doorrookte mantels, parelend (angst)zweet, sombere en desolate straten bij schemerduister met zwarte silhouetten aan de horizon en zware slagschaduwen, grimmige personages met dubieuze bijbedoelingen, kwansuis geconsumeerde liefde, striemen bloed, mijmerende stiltes en ellenlange monologen,... Tardi weet het allemaal in zwart-wit en grijswaarden weer te geven. Elk element staat ten dienste van een al even donker detectiveverhaal. Het happy end blijft uit en zo hoort het ook.

Opeenvolgende tekenaars, met Jacques Tardi als eerste en later dit jaar met zijn laatste, hebben de romans van Malet verstript om er een van de beste detectivereeksen in stripland van te maken.

Jean van Florette (door Alexandre Tefenkgi + Serge Scotto/Éric Stoffel naar de roman van Marcel Pagnol, Saga Uitgaven, twee delen, 2018-2019)

De Franse uitgeverij Bamboo lanceerde in 2015 een collectie met verstrippingen van de romans, films en toneelstukken van Marcel Pagnol. Saga Uitgaven heeft die intussen bijna allemaal vertaald en er volgen er nog meer. Vooral de vierdelige, autobiografische Jeugdherinneringen, met De Triomf van m'n Vader, Het Kasteel van m'n Moeder, Tijd voor Geheimen en Tijd voor Liefde, genoot veel bijval, wellicht mede door de zwierige tekeningen van Morgann Tanco. Het tweeluik Jean van Florette en het "twintig jaar later"-tweeluik Manon van de Bronnen behoren tot het bekendste werk van Pagnol door de verfilmingen. We pikken er Jean van Florette uit.

Uit onze bespreking: "Eind jaren 1980 moest iedereen de verfilming van Marcel Pagnols tweeluik Jean de Florette en Manon des Sources, met onder andere Gerard Depardieu  en Yves Montand in de hoofdrollen, gezien hebben. Het Provençaalse drama, doordrongen van tijm en lokale intriges, liet niemand onberoerd. Het was voor ons een grote verrassing dat de verstripping van deze roman uit 1963 ons hetzelfde wauwgevoel van toen teruggaf. Het verhaal blijft zelfs los van de film, overeind. Het scenario leest ondanks een tekstzwanger begin heel vlot. Ook de overbelichte tekeningen van Alexandre Tefenkgi (Waar Zijn de Mooie Dagen?Stille Helden), waar we bij een eerste doorbladering niet warm voor liepen, slaan aan. Na enkele bladzijden waan je jezelf al helemaal in de broeierige Provence. Knap gedaan. 

Het bronnentweeluik is altijd al het hoogtepunt van Pagnols œuvre geweest. De stripadaptatie breit moeiteloos een vervolg aan dat succes. Vette aanrader!"

De Wind in de Wilgen (door Michel Plessix naar de roman van Kenneth Grahame, Standaard Uitgeverij, vier delen, 2005)

In 2023 meldde Silvester nog dat het integrales voorbereidt van De Wind in de Wilgen en opvolger De Wind in de Woestijn. we wachten er nog steeds op. Van de in 2017 overleden Franse stripmaker Michel Plessix gaf Standaard Uitgeverij de complete vierdelige reeks De Wind in de Wilgen uit in 2005. Voor deze stripreeks bewerkte Plessix elf van de twaalf hoofdstukken uit het kinderboek van Kenneth Grahame (1859-1932) dat de Britse schrijver in 1908 publiceerde. Het hoofdstuk waarin de avontuurlijke Rat een andere rat ontmoet die over de zeeën zeilt, bewerkte Plessix tot een tweede cyclus van vijf delen onder de titel De Wind in de Woestijn. Enkel de eerste drie albums werden vertaald.

Uit onze bespreking van deel 1: "De Wind in de Wilgen ademt de sfeer van kinderboeken uit. De eenvoudige verhaaltjes van de strip (en de oorspronkelijke roman) zijn dan ook in de eerste plaats voor kinderen bedoeld. Maar door de prachtige gedetailleerde tekeningen en de meer dan geslaagde inkleuring van Plessix, die er een ware ode aan de natuur van maakte, is het een strip voor alle leeftijden geworden."

Ibicus (Pascal Rabaté naar de roman van Alexis Tolstoï, Oog & Blik, vier delen, 2002-2003 / Oog & Blik | De Bezige Bij, integrale, 2009)

Uit onze bespreking van deel 1 en 2: "Petrograd, februari 1917. Op de vooravond van de Russische revolutie voorspelt een zigeunerin Simeon onmetelijke roem en rijkdom. Simeon besluit het toeval een handje te helpen, vermoordt een schatrijke antiquair en koopt zich een adellijke titel. Kortom het leven lacht de kersverse graaf Nevzorof uitbundig toe. Gokken, vrouwen en cocaïne. Het kan niet op. Maar dan ontketenen de bolsjewieken de revolutie. De opportunistische Simeon vlucht met zijn vele miljoenen naar Frankrijk.

Met deze stripadaptatie van de roman van Alexis Tolstoï is auteur Pascal Rabaté erin geslaagd een pakkend verhaal te maken. Toch zit de grote kracht van het album hem vooral in de sierlijke bruine aquarellen. Elke tekening verrijkt het verhaal en geeft de personages meer kleur. Een waar huzarenstukje, ja zelfs — we waarschuwen je — Grote Kunst."

Dokter Jekyll & Mister Hyde (Lorenzo Mattotti + Jerry Kramsky naar de roman van Robert Louis Stevenson, Oog & Blik, 2002)

"Robert Louis Stevenson (1850-1894) schreef de novelle The Strange Case of Dr. Jekyll and Mr. Hyde in 1886. Het verhaal van de goede dokter Jekyll, die na het drinken van een zelfgemaakt drankje verandert in de kwaadaardige mister Hyde (symbool voor de negatieve krachten die in ieder mens huizen) was een onmiddellijk succes. De stripbewerking van Jerry Kramsky en Lorenzo Mattotti verrijkt het oorspronkelijke verhaal met een sfeertekening van de Weimar-republiek: elegantie en decadentie, gepaard aan gewelddadige excessen en dreiging."

Oceaankind (Stedho + Mace L'Hermenier naar de roman van Jean-Claude Mourlevat, Diedeldus, 2021)

Uit onze bespreking: "De parallellen met Charles Perraults Klein Duimpje liggen er vingerdik op, niet alleen qua thematiek, maar ook qua verhaalopbouw. Maxe L’Hermenier snoeide een beetje in het aantal personages, maar houdt zich grotendeels aan de oorspronkelijke verhaallijn en houdt zo een charmant, maar niet bijster origineel scenario over dat het vooral van een nogal duistere sfeerschepping moet hebben. Die eerder sombere teneur wordt nog extra in de verf gezet door de fraaie tekeningen van Stedho (Steven Dhondt) die hier een bleekbruin kleurenpalet hanteert en zelfs bij de apotheose de vrolijke pastelletjes achterwege laat. Toch is dit allesbehalve een depressieve strip te noemen. Daarvoor is de broederliefde, de samenhorigheid en de onderhuidse warmte te sterk, te mooi, te diep..."

Dune, de Graphic Novel (Raúl Allén en Patricia Martín + Brian Herbert en Kevin J. Anderson naar de roman van Frank Herbert, Silvester, drie delen, 2021-2024-

Na de roman, het gefaalde en megalomane filmproject van Alejandro Jodorowsky, de film van David Lynch uit 1984 en de recentere films van Dennis Villeneuve gaf Silvester de graphic novelversie naar de roman van Frank Herbert uit. 

"Dune, het epische sciencefictionmeesterwerk van Frank Herbert, speelt zich af in een verre toekomst, te midden van een gigantische interstellaire feodale maatschappij en vertelt het verhaal van Paul Atreides die, samen met zijn familie, de heerschappij over de woestijnplaneet Arrakis overneemt. Dune is een verbluffende mix van avontuur en mysticisme, politiek en natuur. Een machtig en fantastisch verhaal dat een unieke kijk op ons universum biedt en nu getransformeerd wordt naar iets nieuws in graphic novel formaat. De adaptatie van Brian Herbert en Kevin J. Anderson behoudt de integriteit van het originele boek, de magnifieke illustraties van Raúl Allén en Patricia Martín en de covers van Bill Sienkiewicz brengen het boek tot leven voor een nieuwe generatie lezers."

Lees ook: Jodorowsky's mislukte Dune-verfilming

De Loterij (Miles Hyman naar de roman van Shirley Jackson, Scratch Books, 2018)

Uit onze bespreking: "Net als z'n grootmoeder, de schrijfster van De Loterij, slaagt Miles Hyman erin de lezer het enige hoofdpersonage van het boek te maken. Dat is nodig om ons aan het eind de mokerslag te doen voelen die Shirley Jackson uitdeelt. De beelden zuigen de lezer in het verhaal en maken ons medeplichtig. Het was een uitdaging om het karakter van de tekst te bewaren, niet meer weg te geven dan Jackson in haar kortverhaal doet en daar is Hyman met glans in geslaagd. Z'n strip ademt het hermetische en minimalistische van het origineel.

Bewerkingen van literaire meesterwerken resulteren meer dan eens in flauwe afkooksels, maar Miles HYman is erin geslaagd het kortverhaal van z'n grootmoeder een extra dimensie te geven. Hij maakt De Loterij visueel aantrekkelijk en loodst het zo de eenentwintigste eeuw binnen. De Loterij  ademt de sfeer van The Hunger Games en sterauteur Stephen King is fan, naar jongeren toe moet dat mogelijkheden bieden."

Familieziek (Peter van Dongen naar de roman van Adriaan van Dis, Scratch Books, 2017)

Uit onze bespreking: "Familieziek is een vaderroman: van Dis brengt in taferelen een portret van zijn vader, kort na de repatriëring van het nieuw samengestelde gezin uit het naoorlogse Indië, vanuit het perspectief van de zoon. 'Meneer Java' is een ijdele mislukkeling met heimwee, die heel wat van zichzelf denkt en voortdurend teleurgesteld is in zijn zoontje, dat hij eigenhandig wil onderwijzen. Zo kan het er bij hem niet in dat de jongen allergisch is voor paarden, zijn lust en leven. Ook de halfzusjes (van de vorige, onthoofde echtgenoot van de moeder van de jongen) minachten Meneer Java, wiens driftbuien en gat in zijn hand het gezin op de proef stellen.

De ook uit een gerepatrieerde Oost-Indische familie geboren van Dongen bleef, zoals we gewend waren uit zijn tweedelige meesterwerk Rampokan (1998-2004), trouw aan de waarheid dankzij een doorgedreven research, tot familiefoto's toe. Toch maakte hij een allerminst letterlijke adaptatie van de roman. Desondanks is hij er schitterend in geslaagd de toon en sfeer van het boek weer te geven. Met zorg koos hij uit de vele taferelen van de roman die hij met elkaar verbond, een andere plaats of nieuwe invulling en soms diepere betekenis gaf. Resultaat van deze tien jaar durende krachttoer — tussen illustratiewerk en andere opdrachten door — is een magisch-realistische beeldroman waarin werkelijkheid en "spiegelhuis" door elkaar vloeien en flashbacks naar Indië het zware leven in het Hollandse opvanghuis aanvullen."

Lees ook ons dubbelinterview met Peter van Dongen en Adriaan van Dis.

De Tedere Jaren (Jirô Taniguchi naar de roman van Hiromi Kawakami, Casterman, twee delen, 2010-2011)

Uit onze bespreking van deel 1: "Jirô Taniguchi bewerkt in zijn nieuwste uitgave een roman van schrijfster Hiromi Kawakami. Geen slechte keus want deze Japanse roman, ook vertaald in het Nederlands als De Tas van de Leraar, sluit perfect aan op de sfeer die Taniguchi als geen ander kan verbeelden. En dan bedoelen we de heerlijk kalme poëtische verteltrant. Verwacht geen actie in deze manga, maar laat je meevoeren in het dagelijkse leven en de gedachtewereld van de hoofdpersonen.

Het verhaal gaat over Tsukiko, een jonge vrijgezelle vrouw. Zij ontmoet in een café een alleenstaande, dertig jaar oudere heer. Hij is haar leraar Japans van vroeger. Ze ontdekken gaandeweg dat ze veel gemeen hebben en er ontstaat een verstandhouding die bijzonder te noemen is. In de opeenvolgende hoofdstukken van dit boek volgen we de twee zielsverwanten bij hun regelmatige ontmoetingen in hun stamcafé en op uitstapjes. Maar ook hoe ze elkaar ontlopen en elkaar dan toch weer opzoeken."

De Naam van de Roos (Milo Manara naar de roman van Umberto Eco, Prometheus, deel 1 van tweeluik, 2023)

Uit onze bespreking: "Een van de voornaamste literaire werken uit de Italiaanse literatuur is ongetwijfeld De Naam van de Roos van Umberto Eco. Het boek kreeg wereldweide naamsbekendheid toen het verfilmd werd met in de hoofdrol Sean Connery als pater/inquisiteur William van Baskerville. Met zijn leerling Adson komt hij op een van zijn zwerftochten terecht in een vreemd klooster in het noorden van Italië waar de abt William verzoekt een verdacht overlijden te onderzoeken. Het is het begin van een zevendaagse zoektocht waarbij het duo geconfronteerd wordt met heel wat geheimen van de mensen die in en rond het klooster leven.

In dit eerste deel van de verstripte versie van De Naam van de Roos weet Manara ons vanaf de eerste tekening mee te nemen in het boek van Umberto Eco. Het is natuurlijk geen sinecure om een boek van bijna 600 pagina's om te zetten naar een strip in slechts twee delen. Op de eerste 64 pagina's slaagt Manara er in ieder geval in om het verhaal uit het boek, zij het in een verkorte versie om te zetten in een goed volgbaar scenario dat volledig ondersteund wordt door zijn prachtig gedetailleerd tekenwerk."

Het Kortste Eind (Baru naar de roman van Pierre Pelot, Casterman, 2008)

In de collectie Kaliber verzamelde Casterman heel wat verstrippingen van detective-, politie en misdaadverhalen. Door de grafisch extreme verschillen, die niet altijd aansloegen, en tegenvallende verkopen doofde de collectie eerder uit in het Nederlands dan in het Frans. Na  vijfentwintig albums was het ook in het Frans afgelopen. Het leverde wel straffe titels op, zoals Shutter Island, De Zwarte Dahlia, Aan de Waterkant en Bloednacht.

Uit onze bespreking: "Pierre Pelot is een Franse veelschrijver die onder meerdere pseudoniemen meer dan tweehonderd titels op zijn naam heeft in verschillende genres. Voor Het Kortste Eind werd hij geïnspireerd door een bezoek aan een kraamkliniek in een dorpje in de jaren tachtig. De kraamkliniek was gevestigd in een groter complex met een bejaardentehuis, een inrichting en een weeshuis. In de kelder zag hij er een kind opgesloten dat smeekte of hij er weer uit mocht. Ook in dit verhaal is er zo'n complex. Een jonge begeleidster is aan het wandelen met een aantal kinderen, maar verliest een kind dat het syndroom van Down heeft. Er volgt een speurtocht waar de klaploper Nanase een voordeeltje uit denkt te halen. Al snel wordt een zondebok gevonden en probeert men alles in de doofpot te stoppen. Maar dat is net een druppel te veel voor Manucci die vroeger in het weeshuis opgroeide. 

Een grappige en wrange vertelling. Beklemmend ook. Baru heeft een prima bewerking van het verhaal gemaakt. Als geen ander weet hij met zijn eenvoudige tekenstijl van die types aan de zelfkant te tekenen. De emoties zijn letterlijk op de gezichten te lezen. De sfeer zit hier dus prima. Dat komt zeker ook door de mooie inkleuring."