Ann Bonny en andere piratenvrouwen

6 september 2024 In de kijker

Op 4 september 2024 verscheen bij Standaard Uitgeverij het eerste deel van het tweeluik Ann Bonny door Franck Bonnet. Op deze pagina geven we je meer info over het album met wat meer achtergrond. We overlopen ook andere strips van de auteur. En tot slot geven we je aanvullende tips van strips met vrouwelijke piraten.

 

Ann(e) Bonny heeft echt bestaan. Eigenlijk heet ze Anne Cormac(k) die omstreeks 1698 in Ierland als een bastaardkind van een jurist en een dienstmeid werd geboren. Voor die tijd, en ondanks haar 'beroep', bereikte ze de hoge leeftijd van 84 jaar. De meeste kennis over haar leven werd beschreven in het boek A General History of the Robberies and Murders of the Most Notorious Pyrates (1724) van kapitein Charles Johnson. Ze trouwde tegen de zin van haar vader met John/James Bonny. Dat huwelijk liep spaak en ze liet haar oog vallen op John Rackham alias Calico Jack die in 1720 met een handvol vrienden op de loop gingen met een gekaapt schip en voor een piratenbestaan kozen.

Anne stond haar mannetje als vrouwelijk bemanningslid. Na een aantal succesvolle rooftochten werd de bemanning uitgebreid met die van een ander schip. Een van de nieuwe scheepsmaten bleek niet alleen uitzonderlijk goed te zijn in zwaardvechten en schieten, hij droeg ook een geheim waar Anne achterkwam. Die man was in werkelijkheid een vrouw, Mary Read. Calico Jack werd jaloers op hun goede relatie. Pas nadat het geheim werd onthuld, aanvaardde de bemanning ook Mary in hun midden. Hoe dit allemaal verder verloopt en eindigt kan je niet alleen in het nieuwe Ann Bonny lezen, maar er zijn verschillen.

Lustobject

Van Bonny naar Bonnet. In zijn stripverhaal verandert de auteur enkele elementen. Zo laat hij Ann (zonder -e) zelf als man verkleden om kwartiermeester te mogen worden op het schip van piraat James Bonny. Deze laatste is uit op haar erfenis en richt stiekem een militie op om op piraten te gaan jagen. Daardoor besluit ze hem te verlaten. Bonnet gaat van dit gegeven uit om het verhaal te vertellen van een vrijgevochten vrouw en piraat.

Hoewel ze een uitgesproken karakter heeft en als een volwaardige stripheldin wordt neergezet, seksualiseert Bonnet haar wel wat vaak in het album als een lustobject. Sommige scènes zijn zelfs schokkend. Die keuze moet weliswaar in de historische context worden gezien, toen vrouwen weinig aanzien genoten of respect kregen. Het is echter geen overdrijving dat de echte Bonny ook qua partners een vrijgevochten leven leidde.

Zijn ware drijfveer legt Bonnet als volgt uit: "Ik wou het verhaal vertellen van piraterij zoals dat in die tijd ging, tussen 1715 en 1725. Het staat ver af van alle Hollywoodfilms en avonturenverhalen uit de jaren 1950 en 1970. Het leek me duidelijk dat Ann Bonny het personage was dat ik nodig had, vanwege haar temperament als een vrouw die niet van haar tijd was, met andere woorden een vrouw die alle autoriteit weigerde. Eerst die van haar vader, toen die van haar man, en tegelijkertijd weigerde ze het gezag van de Kerk en het gezag van de koning. Omdat ze een feministe van voor haar tijd was, kon ik zo een enigszins feministisch verhaal schrijven. Door het verhaal heen zullen we zien dat ze haar vrijheid afweegt tegen het huwelijk."

Weg van de clichés

Om zich te documenteren, las Bonnet de verhalen van Daniel Defoe (1660-1731), de schrijver van Robinson Crusoe en The Fortunes and Misfortunes of the Famous Moll Flanders (1722), romans en historische documenten. "Ik probeerde te volgen wat ik wist van haar leven en de mensen die ze had ontmoet. Alle gebeurtenissen die ik in het album vertel, heeft ze meegemaakt, sommige heeft ze ondergaan.”

Hij wilde ook af van het cliché van piraten uit die tijd, inclusief een papegaai op de schouder. "Pirates of the Caribbean is allemaal goed en wel, maar dit zijn veeleer avonturenverhalen die gemaakt zijn om ons te vermaken, maar als je niet echt op zoek bent naar documentatie, is het een keuze als alle andere. Als je schepen van honderd personen ziet met vijfentwintig kanonnen, piraten met houten benen, tatoeages en een papegaai op hun schouder, dan is dat allemaal nep, het bestaat niet echt, het is het beeld van piraten dat Hollywood ons heeft verkocht. (...) Het is al niet eenvoudig om een papegaai te vangen, en als piraten erin slaagden om ze te vangen, aten ze die op of verkochten ze die omdat ze een fortuin waard waren! Tatoeages werden herontdekt aan het einde van de achttiende eeuw toen James Cook in Tahiti landde, lang na de gouden eeuw van de piraterij. (...) Ik wilde dus het echte verhaal vertellen van de piraten, hun manier van leven, hun echte schepen zoals de zeilschepen en brigantijnen met zes kanonnen en maximaal vijftien-twintig piraten aan boord, die op een libertaire manier leefden. In het begin was dat het idee. Weet je, in Nassau waren ze allemaal een beetje piraat, de kapper, de kleermaker en zelfs de notaris, zoals Turnley, ze hadden allemaal een bootje. Het enige dat telde in hun leven was 's morgens opstaan met een nieuwe hemel voor hun ogen en niet een plafond dat altijd hetzelfde was. Als ze een koopvaardijschip tegenhielden, hesen ze de zwarte vlag, trokken hun hemden uit, beschilderden zichzelf en gingen van 'WHA! WHA ! WHA! WHA!!!!!' en de kooplieden antwoordden daarop zoals een juwelier tegenwoordig zou doen: 'bedien jezelf!' Het enige wat ze wilden, was hun huid redden."

Het slot van het tweeluik zou volgens Bonnet in maart of april 2025 moeten verschijnen, te beginnen in het Frans bij Glénat. Zijn volgende project wordt opnieuw een historische strip, uiteraard op zee.

Ann Bonny 1: De Wolvin van de Caraïben (Frank Bonnet, Standaard Uitgeverij, 72 pagina's, hardcover, 19,99 euro).

Bronnen: interviews met Franck Bonnet op Les Amis de la BD en Le Journal de Montréal.

Heldinnen bij de vleet

Franck Bonnet is op 16 augustus 1964 geboren in het Franse Troyes. Zijn eerste strip was de actiereeks Vanity Benz op scenario van Didier Van Cauwelaert, waarvan Dargaud twee delen publiceerde in 1994 en 1995. Toen al met een heldin.

Onder de vleugels van Jean-Yves Mitton belandde hij in de geschiedenis met Attila... Mijn Geliefde. Attila de Hun breekt in deze reeks zijn kamp op om een verdrag met Rome te onderhandelen. Tussen de geschenken die hem worden aangeboden, zit een kooi met daarin de als wolvin verklede slavin Lupa. Het lot van deze pientere vrouw wordt aan dat van Attila verbonden, want het stond in de sterren geschreven dat een wolvin de koning van de Hunnen in het verderf zou storten en uiteindelijk zijn dood zal betekenen. Lupa blijkt geen katje om zonder handschoenen aan te pakken. Attila maakt van haar zijn rechterhand en eerste gezelschapsdame. Tom De Lentdecker omschreef het in een bespreking kort als: "Een meeslepend verhaal vol liefde, geweld, verraad en bloed. Veel bloed..." Talent vertaalde de zesdelige reeks tussen 1998 en 2003. In 2023 verscheen een Franstalige integrale bij Glénat die in 2025 een mogelijke Nederlandstalige versie krijgt bij Saga Uitgaven, maar dan wel uitgebreid met een dossier.

In 2004 vertaalde Talent ook deel 1 van de trilogie Vell'a, opnieuw met een straffe heldin in de hoofdrol. Ze beleeft haar avonturen in een fantasywereld op een andere planeet, met een tijdperk dat zich zo'n beetje tussen de Romeinen en de barbaren situeert. Daarover schreven we indertijd: "Vell'a is geen klassieker in wording, de typische dialogen zouden niet misstaan in een De Rode Ridder-album en hoewel tekenaar Bonnet zichtbaar meer tekenplezier beleeft aan Vell'a in vergelijking met de laatste albums van Attila... Mijn Geliefde, toch schort er hier en daar wat aan zijn realistische tekenstijl. Wat zou het? Dit is een vlotte fantasystrip dat meer steunt op heroïsche en historisch aandoende elementen dan op bijeen gefantaseerde gedrochten en cliché-fantasykenmerken. Een aanrader? Deel 2 zullen we toch niet links laten liggen. Bovendien zou met deel 3 al een eerste cyclus gevormd zijn." Die twee vervolgdelen raakten echter niet vertaald. De reeks brak geen potten, maar het was wel de eerste samenwerking tussen Bonnet en Marc Bourgne, die het scenario voor Vell'a leverde.

Beide heren lanceerden in 2009 De Piraten van Barataria, die cyclus na cyclus opleverde met een groeiend succes. De reeks breidde uit naar twaalf delen. Uitverkochte albums raakten heruitgegeven in integrales, maar die bleven beperkt tot drie delen zonder bonuspagina's die samen de delen 1 tot 9 bundelden. De beschikbare oplage van de delen 10, 11 en 12 verantwoorden tot op heden blijkbaar geen vierde en laatste integrale.

De reeks sloeg steeds meer aan bij striplezers en ook bij ons. We bespraken meerdere delen. Over de eerste twee delen merkte Bert Gevaert op dat Bonnet en Bourgne niet uit het bekende piratenvaatje tapten: "Bij hen vind je (nog?) geen spoor van rumzuipende, eenogige piraten die op zoek zijn naar een of andere verborgen schat. Integendeel! In het eerste deel situeert de actie zich zelfs meer op land (in dit geval de Dominicaanse Republiek) dan op volle zee. Bourgne heeft er duidelijk voor gekozen om alle Disney-aspecten van zeerovers overboord te gooien en zich te concentreren op de historische piraat Jean Lafitte (1776-1823?). Strikt genomen was Lafitte zelfs geen piraat maar een kaper: hij had van de nog jonge Amerikaanse regering de toestemming gekregen om Spaanse (en andere schepen) te enteren. Ondanks het feit dat Lafitte zichzelf eerder als een handelaar — lees: smokkelaar — zag, lijkt zijn leven een echte avonturenroman. Woeste zeeslagen, heimelijke spionageopdrachten, een tumultueus liefdesleven (hij had onder andere een mulattin als maîtresse) wisselen elkaar in hoog tempo af om uiteindelijk te culmineren in de stichting van een eigen koninkrijk: Barataria! Kortom: eindeloze inspiratie voor Bourgne die het verhaal soms wat te oppervlakkig vertelt vanuit het standpunt van een mysterieus jong (en saai) meisje dat een groot geheim met zich meedraagt. Vrouwen spelen trouwens een grote rol in dit album en komen in allerlei kleuren en karakters voor, waarbij de kinky Inga Schot uit Pruisen zeker een glansrol krijgt toebedeeld!"

Na een eerste cyclus van vier delen, volgde een tweede die de personages naar Egypte bracht. De Egyptische oorlogscampagne van Napoleon Bonaparte heeft daarmee te maken, maar ook zijn aanzienlijk deel in het geheim dat de mooie blondine Artémis Delambre met zich meedraagt en dat in deel 4 wordt onthuld. Op slag verliest ze haar saaie imago van de vorige delen en speelt ze zelfs de seksueel hyperactieve Inga Schot (die nog wel haar pleziertje beleeft in een niet echt belangrijke scène) weg. Artémis is nu een gewilde troef die de Engelsen willen bemachtigen. David Steenhuyse hierover: "In deze 'groeireeks' is ook Franck Bonnet danig geëvolueerd. Hoe hij Artémis weergeeft, blijft nazinderen. Sexy, vastberaden, zelfverzekerd,... Geen enkel ander personage kan nog aan haar tippen. Ook in het afwerken van driemasters in al hun details, de bemanningen en de exotische decors overtuigt Bonnet nu meer dan ooit. De lezers van het eerste uur worden beloond. Ze krijgen waar voor hun geld."

Na Egypte volgde een Amerikaanse cyclus in de delen 8 en 9. Het eerder vermelde geheim kreeg in de laatste cyclus een staartje door Napoleon van zijn eiland in ballingschap Sint-Helena te proberen redden. Dai Heinen was toen zeer te spreken over het scenario: "Ook dit keer vaart schrijver Marc Bourgne exact naar een vooraf bepaalde bestemming zonder onnodige omwegen die alleen hij begrijpt. Een aanpak die we alleen maar kunnen toejuichen want het komt de leesbaarheid zeker ten goede. Nu is het gewoon genieten van het tempo en de dialogen."

Opnieuw te water

De documentatiedrift van Bonnet om historische schepen te tekenen, werd allerminst ontgaan door specialisten. Hij werd zelfs lid van de Académie des Arts et des Sciences de la Mer, een Franse onafhankelijke instelling met een honderdtal leden die allerlei kunstenaars, schrijvers, wetenschappers, historici en zeelieden samenbrengt met het gemeenschappelijke doel om het maritieme en havenerfgoed van Frankrijk te promoten en de waarde van maritieme beroepen te vergroten. De leden zijn onderverdeeld in elf colleges: van schilderkunst over fotografie en letteren tot maquettes, geschiedenis, wetenschap en navigatie. Ook strips horen daarbij. Om lid te mogen worden, moet je voorgedragen worden door een peter en dat was Jean-Yves Delitte, bekend van onder meer De Grote Zeeslagen, Black Crow, De Buizerd en U-Boot. Je moet er in je domein tien tot vijftien jaar maritieme ervaring voor hebben en een dossier voorbereiden om als lid toegelaten te kunnen worden. Bonnet kon van dat verworven netwerk profiteren om technische details uit te zoeken.

Met alle kennis die hij opdeed, waagde hij zich voor een nieuw stripproject aan een eigen scenario. Dat leverde de trilogie USS Constitution op, die tussen 2020 en 2022 bij Glénat verscheen. Ook hier weer met een jongedame die zich als man voordoet. Dai Heinen leidt de reeks in: "Piere-Mary is aangemonsterd bij de USS Constitution als jongen, maar in werkelijkheid blijkt hij een dame te zijn. Haar doel is om wraak te nemen op haar oom die inmiddels een diplomatieke functie bekleedt in Malta. Ze moet zich staande houden in een mannenwereld midden op zee. Powlett heeft haar geheim ontdekt en chanteert haar door misbruik te maken van haar lichaam. Een van haar weinige vrienden, matroos Nicholas, leert haar ook steeds beter kennen. Dit speelt zich allemaal af aan boord van de USS Constitution op weg naar de Middellandse Zee om de Amerikaanse belangen te beschermen tegen piraten uit Noord-Afrika. Deze zijn erin geslaagd om een ander oorlogsschip, de USS Philadelphia, buit te maken en mee te nemen naar de haven van Tripoli. Er wordt een geheime missie georganiseerd om dit schip terug te halen en Pierry-Mary wacht op de juiste kans om de rekening met haar oom te vereffenen."

De titels van de albums werden almaar langer. Het slotdeel droeg de titel Op Zee Heersen Twee Soorten Recht, dat van de Officieren en dat van de Matrozen. Opnieuw Dai Heinen: "Het verhaal gaat snel genoeg om niet langdradig te worden en er gebeurt genoeg om niet als scheepsroman betiteld te worden. Alleen al die touwen, masten en scheepsdetails op papier zetten, moet een werk zijn wat tekenaars als Bonnet leuk vinden. Niet iedereen heeft daar evenveel talent voor, maar schepen en de bijbehorende details tekenen, kan de man als een van de beste. Daarnaast hanteert hij ook een straf tempo waar iemand als Patrice Pellerin niet aan kan tippen. Diens De Havik vaart in vergelijking met het snelle tempo van Pierre-Mary als een roeiboot onze stripverzameling binnen."

Rondje piratenvrouwen

Het populaire piratengenre zal nog zeker terugkomen in de rubriek In de kijker. Vrouwelijke piraten komen echter minder vaak voor in de geschiedenis en dus ook in stripverhalen, maar ze zijn er wel. Uit dat aanbod stellen we de volgende selectie van veertien uiteenlopende titels aan je voor. En daarin komt Ann(e) Bonny meermaals voor.

Anne Bonny

Door Alessandro Ranghiasci en Matteo Mastragostino, in 2024 verschenen bij Lauwert Uitgeverij.

"William Cormac heeft een bastaardkind verwerkt bij de huishoudster en verlaat zijn vrouw. Het kind blijkt een meisje te zijn en luistert naar de naam Anne. Ze zoeken hun heil in het Caribisch gebied. Wanneer haar moeder overlijdt, komt de band tussen vader en dochter onder druk te staan. Kleine Anne is inmiddels een volwassen vrouw geworden en trekt de aandacht van de nodige mannen. Een van hen is James Bonny. Hij valt in de smaak bij Anne en ze krijgen een relatie, tot onvrede van haar vader die haar onterft. Anne en James genieten van de sfeer in de piratenwereld die steeds meer volk aantreft in de vele kroegen die het gebied telt. James heeft een dubbele agenda en wanneer Anne hem daarmee confronteert, ontdekt ze zijn ware aard en valt in ongenade. Ze wordt opgevangen door Pierre Bousquet en vindt in Calico Jack een nieuwe liefde. Samen met hem gaat ze de Caribische wateren onveilig maken en wordt haar legende nog groter. Een van de bemanningsleden is Mary Read, maar Anne ontdekt haar geheim. Het piratengeluk is niet van lange duur en het lot van Calico Jack is bekend. Of Anne Bonny haar pensioen haalt of Calico Jack haar gezelschap zal houden aan de galg ontdek je pas aan het einde van deze prima strip."

Lees hier de bespreking van Dai Heinen.

Roodbaard - De Schrik van de Zeven Zeeën integraal 13: Het Geheim van Elisa Davis

Door Marc Bourgne en Christian Perrisin, in 2019 verschenen bij Sherpa.

Roodbaard is op zich al een klassieker in het piratengenre. Het tweeluik Het Geheim van Elisa Davis is in de dertiende integrale gebundeld. Het was de laatste cyclus van Roodbaard, getekend door Marc Bourgne, de latere scenarist van De Piraten van Barataria.

"Het Geheim van Elisa Davis is een onderschat tweeluik. Het levensverhaal van Anny is een vrije en spitsvondige bewerking van de echte biografie van Anne Bonny en Mary Read, die met mondjesmaat wordt opgebouwd en daardoor blijft beklijven. En de moeizame tocht van Erik en zijn gezellen doorheen de jungle is vintage Roodbaard met evenveel uitzichtloze situaties als onwaarschijnlijke ontsnappingen, die Jean-Michel Charlier zelf kirrend van plezier zou gelezen hebben. Ook tekenaar Bourgne doet zijn best om een eigen invulling te geven aan het universum van de rosse piratenkapitein en slaagt daar op sommige ogenblikken heel goed in: vooral de schepen, de maritieme omgeving en de andere decors zijn geweldig. Voor de personages valt hij net iets te vaak terug op zijn semi-realistische stijl die wat ruigheid mist (de zogenaamde stoppelbaard van Erik als dieptepunt), maar Roodbaard zelf brengt hij dan weer wel uitstekend beeld. De weemoedig starende Roodbaard vanuit het raam op de achterplecht is een van de hoogtepunten uit het album."

Lees hier de bespreking van Peter D'Herdt.

La Dernière Nuit d'Anne Bonny

Door Ramirez Alvaro en Richard Claire, op 20 september 2024 in het Frans te verschijnen bij Le Lombard.

Voorlopig nog niet als vertaling aangekondigd, maar we pikken dit toch al mee. In dit one-shot van 160 pagina's leidt Anne Bonny op haar oude dag met ijzeren hand een bordeel en blikt nog een laatste keer, tijdens haar "laatste nacht" voordat ze zal sterven, terug op haar leven als piraat. 

Alwilda

Door Jean-Yves Mitton, drie delen in 2023 bij Saga Uitgaven.

"De trilogie speelt zich af rond het jaar 400 en vertelt het verhaal van Alwilda. Zij zou volgens de overleveringen de eerste Walkure zijn. De opstandige jongedame Alwilda is de oudste dochter van de Noorse Vikingkoning Syldär. Volgens de heersende wetgeving, de Norglaw, wordt alleen de oudste zoon tot koning uitgeroepen wanneer zijn vader overlijdt en alle andere kinderen worden verstoten. Zij worden gedwongen tot een zwervend bestaand vol ontberingen. Alwilda komt hiertegen in opstand en het laat zich raden dat haar gearrangeerde huwelijk met de Deense tiran Alf Krügger van zeer korte duur is. Nog tijdens haar huwelijksnacht ontsnapt ze aan de lusten en wraak van deze brute Deense koning. Samen met een aantal dienstmaagden gaan ze op zoek naar een nieuw bestaan. Ook daar is het gevonden geluk van korte duur en met steun van familie van haar nieuwe liefde wil ze terugkeren om de wetten van de Norglaw te weerstaan. Er volgt een bloederige confrontatie met haar ex-echtgenote met een einde dat we zullen onthouden."

Lees hier een bespreking van Dai Heinen.

Dread Mac Farlane

Door Maron Poinsot, vijf delen tussen 2008 en 2010 bij Saga Uitgaven.

"Waar het meisje Dread Mac Farlane plots vandaan komt, weten we nog niet. Zijzelf ook amper. In het eerste deel sloot ze vriendschap met Peter Pan en de Slimme Jongens van Nooitgedachtland. Maar ze raakte verliefd op kapitein Hook. Hij had duidelijk ook wel zin in een jonge brok in zijn bedstee. Het komt hem bovendien goed uit dat zij de schuilplek kent van die vermaledijde Pan. Met die kennis houdt Dread haar geliefde nog wat aan het lijntje. Ondertussen heeft ze in deel 2 de harten van de bemanning gewonnen. Maar er zijn er die vasthouden aan het bijgeloof dat een vrouw aan boord ongeluk brengt."

Lees hier een bespreking van David Steenhuyse.

Shi Xiu

Door Qinsong Wu en Nicolas Meylaender, vier delen in 2015 bij Dark Dragon Books.

"1801, Kanton. Het verhaal van Shi Xiu, een knappe prostituee die aan een getrouwd leven met een rijke reder ontsnapt nadat ze wordt ontvoerd door piratenkapitein Zheng Yi is boeiend van de eerste tot de laatste pagina. Van haar nieuwe lot probeert ze het beste te maken want dit is een meid met een plan. Ze overtuigt de kapitein van haar strategisch talent en wint zienderogen zijn vertrouwen. In ruil voor haar goede raad wil ze zijn gelijke zijn. Da's best voor de kapitein, die ze makkelijk kan inpalmen, maar ook de bemanning en de andere kapiteins van het piratenbondgenootschap moeten nog overtuigd worden. En dat doet ze, op meer dan overrtuigende wijze. Dit is het verhaal van Shi Xiu, 'koningin der piraten'.

Shi Xiu is gebaseerd op de historische figuur SHiI Xiang Gu alias Ching Shih of Cheng I Sao (1775-1844) die de Chinese wateren in de negentiende eeuw terroriseerde. Ze kwam aan het hoofd van een driehonderdtal jonken en twintig- tot veertigduizend piraten. Ze waagde het om niet alleen Chinese schepen aan te vallen, maar ook Britse en Portugese. Ze liet zich niet verslaan en groeide uit tot een van de machtigste piraten ooit. Ze overleefde de geschiedenis door ook op te duiken in talloze boeken, games en films. Zo is ze te zien in de derde Pirates of the Caribbean-film."

Lees hier een bespreking van David Steenhuyse.

Cixi van Troy

Door Olivier Vatine en Christophe Arleston, drie delen tussen 2014 en 2015 bij Uitgeverij L.

Spin-off van Lanfeust van Troy die een verklaring geeft voor haar plotse verdwijning tussen deel 6 en 7. "We vinden haar terug op een handelsschip op volle zee. Een sampanpiraat met uitsluitend vrouwelijke piraten verstoort de rust die ze wilde inlassen. Ze verbijt nog steeds de jaloezie die ze voelt voor haar zus C'ian die het vriendinnetje is van Lanfeust. Omdat Cixi bij het veroveren van het schip verkeerdelijk wordt aanzien als een slavin (haar sexy outfit wordt beschouwd als hoerenkleren), nemen de piraten haar mee aan boord. Cixi maakt van de nood een deugd en wint het vertrouwen van de bemanning, op een manwijf na. De kapitein wil van haar een zeekoning maken en ze wil Cixi ook in haar bed krijgen. Met zoveel vrouwen bijeen moet dat wel om problemen vragen. Afgunst en nijd vallen Cixi te beurt. Ze is nog lang niet aan het eind van haar avonturen te land, ter zee en in de lucht."

Lees hier een bespreking van David Steenhuyse.

De Wraak van Graaf Skarbek

Door Grzegorz Rosinski en Yves Sente, twee delen in 2004 en 2005 en een integrale in 2009 bij Le Lombard.

"De Poolse graaf Mieszko Skarbek duikt op in het Parijs van 1843. Hij stelt zich aan kunstkenner Northbrook voor als iemand die uiterst geïnteresseerd is in de werken van een te vroeg gestorven schilder, Louis Paulus. Northbrook van zijn kant, beweert dat hij nagenoeg het hele œuvre van Paulus in zijn bezit heeft. Geen vuiltje aan de lucht, tot aan het licht komt dat Graaf Skarbek 227 doeken van die Paulus bezit. Dat is niet zo verwonderlijk als blijkt dat hij zelf de doodgewaande schilder is. Hij is tien jaar na zijn vermeende dood, teruggekeerd om wraak te nemen op Northbrook, die hem toen gemanipuleerd en — althans dat dacht hij — vermoord heeft."

Het rechtbankdrama mondt in deel 2 uit in identiteits- en andere intriges, inclusief een piratenverhaal met een erg op Halle Berry lijkende piratendame.

Lees hier een bespreking van Peter D'Herdt.

Raven

Door Mathieu Lauffray, twee delen in 2020 en 2021 bij Dargaud.

Na de succesvolle vierdelige reeks Long John Silver op scenario van Xavier Dorison en naar de roman Schateiland van Robert Louis Stevenson, startte Lauffray in 2020 in zijn eentje met de piratentrilogie Raven. 

Raven speelt zich af in de zeventiende eeuw. Het draait in eerste instantie om een schat die voor de beruchte, nieuwe gouverneur (de graaf van Montignac) van Tortuga in de Caraïben is bestemd. In ruil voor een koninklijk pardon doet de gouverneur een beroep op lady Darksee, een gevreesde vrouwelijke piraat om een schat naar hem te brengen. Maar de jonge, onbezonnen piraat Raven wil hen een stap voor zijn en met behulp van een schatkaart zelf naar het eiland varen waar zich de schat bevindt. Dat vulkanische eiland wordt bevolkt door een levensgevaarlijke kannibalenstam. En net daar strandt de familie Montignac uit Frankrijk na een lange reis...

Raven is een verhaal over vrouwen. Darksee is een nauwelijks vijfentwintigjarige, knappe dondersteen die over een prachtig schip met eigen bemanning beschikt. Onder een haarlok die over haar rechteroog hangt, verbergt ze een tatoeage met een hartje en twee initialen. Ze heeft heel wat meegemaakt, wat van haar een furieuze krijgster maakte. Nu is ze gedreven door geldzucht en heeft ze een edeler bestaan in het vooruitzicht. Zodra Raven dat doorheeft, doet hij er alles aan om zijn rivale het leven zuur te maken.

Lees hier meer over de reeks.

Marine

Door Pierre Tranchand en François Corteggiani, drie vertaalde albums tussen 1988 en 1990 bij Le Lombard. De Franse reeks telt negen delen en de vijfdelige spin-offreeks Les Mini Aventures de Marine bevat korte verhalen.

Marine is een jong meisje, een kind nog, dat in een taveerne werkt als opdienster. Ze is de dochter van een piraat die zich Kaaiman laat noemen. Met haar hondje Pepito kiest ze het ruime sop in het gezelschap van haar nieuwe vrienden Tafia, Tabasco en andere metgezellen. Ze kan buikspreken waarmee ze regelmatig haar vijanden in de war brengt of tegen elkaar uitspeelt. Marine start als een reeks korte verhalen van telkens een vijftal pagina’s in nummer 1782 van augustus 1979 van Pif Gadget. In augustus 1982 knikkert hoofdredacteur Jean Ollivier Marine uit het blad. Ze scheept twee jaar later in bij Le Journal de Mickey, een Frans stripblad met Disney-strips en eigen producties waarvoor Corteggiani honderden strips schrijft van Mickey Mouse, Donald Duck, Oom Dagobert, Goofy en Zorro. Marine beleeft nu langere vervolgverhalen. De reeks is tussen 1989 en 1991 ook in het Nederlands te lezen in Kuifje en Zonneland. Le Lombard geeft er drie albums van uit. In 1994 zijn haar avonturen uitverteld zonder ooit haar publiek te vinden. In het Frans bestaan er negen albums die tussen 2002 en 2006 herdrukt worden door Clair de Lune. De uitgeverij voegt er in die periode nog vijf albums aan toe in de reeks Les Mini-Aventures de Marine die de prille korte verhalen bundelt. De samenwerking tussen beide auteurs verloopt amicaal en ze beschouwen Marine als hun eigen dochter. “We weten echter nooit wie de moeder is in dit verhaal”, zegt Corteggiani er nog over.

Bron: Bloed & Stilte integraal 1, in 2024 uitgegeven door Saga Uitgaven.

Terry and the Pirates

Door Milton Caniff, tussen 1934 en 1946 in Amerikaanse kranten en in diverse publicaties. Van 1946 tot 1973 schreef en tekende George Wunder de reeks.

In het begin van de avonturenreeks komt de dan nog jonge Terry Lee in China terecht met z'n maat Pat Ryan. Ze gaan er op zoek naar een verloren goudmijn. Ze krijgen doorheen de langlopende reeks ook te maken met piraten en andere vijanden. Dragon Lady werd daarin Terry's grootste tegenstander. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd ze integendeel z'n bondgenoot.

De Dragon Lady, ook bekend als Madam Deal alias Lai Chou San, is gebaseerd op de gelijknamige, twintigste-eeuwse Chinese piratenleidster. Ze bood ook inspiratie voor Willy Vandersteens Draken Lady in het Suske en Wiske-verhaal De Sissende Sampan en Lady X in Buck Danny, terwijl Terry and the Pirates op zich al de luchtvaartreeks Buck Danny van Victor Hubinon en Jean-Michel Charlier inspireerde.

Lady Death: Pirate Queen

Door Wellington Alves en Brian Pulido, in 2007 gebundeld bij Avatar Press.

Engelstalige spin-off van de fantasy- en horrorreeks Lady Death. Het personage is oorspronkelijk een fictieve godin die uit het middeleeuwse Zweden komt. In de dertiendelige comicreeks Pirate Queen is ze een van de dodelijkste verschrikkingen van ze zeven zeeën. Met haar meedogenloze Skeleton-bemanning zaait ze terreur in de gouden piratenperiode. Dat kan allemaal tot een einde komen als ze de buit steelt van Mad Morgan Flintlock, tegelijk een piratenkapitein als een vampier.

One Piece

Door Eiichiro Oda, sinds 1997 als mangareeks, diverse animereeksen en een live actionreeks. De delen 1 tot 17 verschenen tussen 2008 en 2013 in het Nederlands bij Génat.

Monkey D. Luffy is een jongen wiens lichaam de eigenschappen van rubber krijgt waardoor hij ledematen extreem kan uitrekken en vervormen. Met zijn uiteenlopende bemanning van piraten verkent hij de oceaan op zoek naar de ultieme schat, de One Piece, om de volgende piratenkoning te worden. Doorheen de strip- en tekenfilmreeks krijgt hij te maken met heel wat piraten, onder wie ook vrouwelijke. Alvida is de eerste. Ze is losjes gebaseerd op de Deense Alfhildr (ook Alwilda gespeld) die een prinses was, maar door omstandigheden voor een piratenbestaan moest kiezen.

Onder meer Desire, Charlotte Lola, Whitey Bay, Shakuyaku, Boa Hancock en Big Mom volgden na haar in One Piece. Het personage Jewelry Bonney komt er ook in voor en zij is inderdaad gebaseerd op Anne Bonny. Een historische overeenkomst is er ook tussen piraat Sadie en Sadie Farrell alias Sadie the Goat, een van de meest bizarre piraten uit de geschiedenis. Medio de negentiende eeuw startte ze haar 'loopbaan' als zakkenroller in New York, waarbij ze bij voorkeur als een geit met haar hoofd in de maag van mannen liep om ze daarna te beroven. Ze werd een piraat na de ontmoeting met een vrouwelijke buitenwipper in een louche taverne. Die buitenwipper had de gewoonte om oren af te bijten, zo ook van Sadie. Na haar piratendagen kreeg Sadie haar oor terug en droeg ze die voor de rest van haar leven rond haar nek.

Queen Emeraldas

Door Leiji Matsumoto, vier delen uit 1978-1979, in 2017 in het Engels verschenen. Ook als animereeks.

Emeraldas is een van de sterkste en eenzaamste piraten en wordt vaak vergeleken met Captain Harlock van dezelfde Japanse stripmaker Leiji Matsumoto. Deze twee iconische piraten kruisten elkaar vaak in de tekenfilmreeksen en in Queen Emeraldas, werd ze uiteindelijk de hoofdpersoon van een strip- en animereeks.

In het hele heelal is ze bekend als de Pirate Queen. Ze reist door de ruimte op haar zwaarbewapende schip, op zoek naar een geheim. Hiroshi Umino is een jongen die aan de grenzen van de aarde ontsnapt door zijn eigen ruimteschip te bouwen. Hij stort neer op Mars, waar hij Emeraldas ontmoet. Ze herkent een beetje van zichzelf in de roekeloze jongeman.