Henri Desclez (80) overleden

29 maart 2023 Overlijdens

De in het Belgische  's-Gravenbakel geboren striptekenaar en kunstschilder Henri Desclez is op 29 maart overleden. Hij werd 80 jaar en overleed in het Canadese Québec waar hij al vele jaren woonde. Zijn vrouw maakte het overlijden bekend op zijn Facebookpagina. Desclez werkte voor de drie grootste stripbladen: Robbedoes, Kuifje en Pilote. Voor Kuifje en de Belgische editie van Pilote was hij ook hoofdredacteur.

Na zijn studies aan de Academie voor Schone Kunsten in Brussel debuteerde Desclez in Pilote als striptekenaar in 1967 met scenarist Michel Noirret. Daarin publiceert ehij tot 1968. Een jaar later ging hij werken voor Le Soir-Jeunesse, de jeugdbijlage van de Waalse krant Le Soir. Samen met André-Paul Duchâteau werkte hij aan de reeks Mycroft et Klaxon en tekende hij onder het pseudoniem Hapic divere verhalen. Voor Robbedoes maakte hij samen met Duchâteau de sf-reeks Richard Bantam. Voor Kuifje trekende hij onder meer Gaspard van Bazel (op scenario van Daniël Jansen), Hans Bakkebaard (geschreven door Duchâteau), Kronieken van de Zwarte Griffioenen (Jansen) en hernam hij Mycroft & Klaxon met Duchâteau.

In 1972 richtte hij een studio op en bewerkte samen met Franz de romanreeks San-Antonio tot stripverhalen. Datzelfde jaar startte hij als hoofdredacteur voor de Belgische poot van het Franse stripweekblad Pilote. In 1974 raakte hij binnen op de redactieraad van het weekblad Kuifje en volgde al na een maand Greg op als hoofdredacteur. Het weekblad kende toen al een dalende verkoop en hij snoeide in redactionele rubrieken, waaronder de lezersrubriek, om plaats te maken voor dossiers met educatieve doeleinden. Vanaf 1976 begonnen zijn ingrepen hun vruchten af te werpen, want de verkoop steeg weer en Kuifje werd marktleider. Hij gaf onder meer kansen aan Daniel Hulet, Cosey (die dankzij Desclez aan de reeks Jonathan begon), Bédu, Didier Comès, André Benn en Eddy Ryssack. In november 1976, na een jaar en een maand, legde hij het hoofdredacteurschap neer.

Datzelfde jaar emigreerde hij naar Québec waar hij ging werken voor uitgeverij Héritage. Met scenarist Andrée Brault stampte hij de reek Brisebois et Compagnie uit de grond en nam hij Nic ét Pic (met Brault) en Monsieur Tranquille (met scenarist Claude Leclerc) over. Na vier jaar richtte hij zijn eigen uitgeverij op, Productions PAF Loisirs, waarvoor hij afgeleide producten ontwikkelde van de reeksen Kuifje, Guust Flater, Goldorak en De Smurfen.

In de jaren 1980 richtte hij opnieuw een studio op om de educatieve reeks Les Mics et les Micquettes te lanceren. Het werd zijn afscheid van de stripwereld, want daarna richtte hij zich hoofdzakelijk op animatereeksen en schilderijen. Met de in 1991 opgerichte firma Desclez Productions maakte hij diverse tv-programma's, zoals Iris, le Gentil Professeur, Cocotte Minute, Petite Étoile en na de overname van zijn bedrijf ook nog L'Île de la Tortue.