249 of 1728
Groepstherapie 3: Verdriet Is voor Altijd
En nu, polonaise!
"In het begin lijkt hij (Manu Larcenet, nvdr) te willen uitdrukken wat hij ervaart. Maar het is zo incoherent en breedsprakerig, dat je direct denkt ‘genie aan het werk’... Dat valt dus tegen. Het vervolg is een lang klangzang van warrige overpeinzingen en ijdel getalm. Om nog maar te zwijgen over het einde, dat bijna zwendel is. Aan het woord is een redacteur van uitgeverij Dargaud die het manuscript van Groepstherapie overhandigd aan de grote pief, die prompt, helemaal overdonderd, het boek uitgeeft. Hiermee eindigt op geweldige wijze deze pijnlijk persoonlijke stripreeks.
Manu Larcenet is voor ons een van de allergrootse stripmakers van de voorbije decennia. De Dagelijkse Worsteling, zijn Ravian, Het Verslag van Brodeck en volgens ons zijn allerbeste stripreeks, Blast. We koesteren ze allemaal. Maar het is niets voor niets dat we deze bespreking openen met bovenstaande dialoog. We voelen niets, maar ook niets voor zijn Groepstherapie. Maar we snappen het wel. Na het alom bejubelde tweeluik Het Verslag van Brodeck botste de Fransman keihard tegen de muur. Als stripmaker had hij niets meer te bewijzen en er was ook niemand meer die hem in de negende kunst verraste. Tegelijk vond hij zich als echte kunstenaar veel te min, zoals hij ons ook in dit interview toevertrouwde. Onder de zotskap zat toen al een hyperprofessionele tekenaar én complex persoon verborgen. Maar nu zat hij vast. Zijn writer's block, twijfels, psychiatrische opnames,... we lazen het allemaal in de eerste twee delen van Groepstherapie, zijn nauwelijks onverholen dagboek. Het was zoals steeds prachtig getekend in alle mogelijke stijlen, van Johan De Moor tot hyperrealistisch. De maffe humor was er, maar zijn zielenroerselen lieten ons eerder koud.
Het derde deel was een gewoonteaankoop. Al na enkele pagina’s is er echter plots... een verhaal. Larcenet bouwt iets op en gaat ergens naartoe. Hij staat stil bij hoe hij door zijn navelstaarderij/nodige zelfbehoud zijn kinderen niet heeft zien opgroeien. Zijn echtgenote — ja, de dierenarts uit De Dagelijkse Worsteling is de nuchterheid zelve. En te midden van deze realiteit gaat de tekenaar op zoek naar het grote idee waarmee hij zijn plaats tussen de top weer kan innemen. Zijn idee is even dwaas als geniaal. Hij heeft zijn grote creatieve idee al gehad, maar zijn kinderen nog niet. Aangezien zijn kinderen voor de helft uit zijn DNA bestaan, volstaat het om hun beide, halve grote ideeën te stelen en er samen één wereldveroverend geheel van te maken. Hij besluit zijn (bijna) volwassen kinderen te observeren als nooit tevoren. De max.
Met Verdriet Is voor Altijd lijkt Manu Larcenet eindelijk uit zijn heel diep dal te zijn geklommen. Het levert een eerlijke en verrassend consistente strip op. Horen we daar aan de einder het begin van een polonaise?
WOUTER PORTEMAN
249 of 1728