Het leven van Jesse Owens bij Silvester

De Olympische Spelen in Parijs staan voor de deur. In de aanloop daarvan blikt Gradimir Smudja terug op een van de allergrootste atleten ooit: sprinter en verspringer Jesse Owens (1913-1980). Hij rende en sprong zich de onsterfelijkheid in door op de Olympische Spelen van 1936 in Berlijn, toen nazi-Duitsland, vier gouden medailles te behalen. Een jaar eerder werd hij viervoudig wereldkampioen in vier disciplines in slechts drie kwartier, "the greatest 45 minutes ever in sport". Op het thuisfront in de VS was de zwarte kleinzoon van een slaaf echter een paria in een nog sterk gesegregeerd land.

Het Franse album van 128 pagina's verschijnt op 5 juni bij Futuropolis. Silvester heeft al aangekondigd het te vertalen. Het wordt geen droge biografie, maar een levensverhaal met wat fantasie, kleurrijk in beeld gebracht door de auteur van onder meer Het Kunstbordeel, Mausart, Vincent en Van Gogh en Op Tijdreis door de Schilderkunst.

Een voorstelling: "Jesse Owens werd in 1913 in Alabama geboren uit 11 broers en zussen als kleinzoon van een slaaf en werd beroemd als viervoudig Olympisch kampioen op de Spelen van Berlijn. Hoewel nooit vergeten wordt dat Adolf Hitler weigerde hem de hand te schudden, voegde Jesse Owens eraan toe: 'Het was president Roosevelt die me negeerde. Hij stuurde me niet eens een telegram. Toen ik terugkeerde naar de Verenigde Staten kon ik niet vooraan in bussen zitten, ik moest achteraan zitten, ik kon niet wonen waar ik wilde.' Om dit verhaal te vertellen van een kind dat altijd op de vlucht is, achtervolgd door hordes sprinkhanen, een beer, politieagenten, de Ku Klux Klan en dan ook nog atleten, heeft Gradimir Smudja gekozen voor fantasie, humor en groot spektakel. Hoe kun je niet versteld staan van de prachtige pagina's van de kunstenaar? Norman Rockwell is nooit ver weg. En als we een kat moeten aanroepen om dit fresco te vertellen, dan is dat des te beter om onze jeugdige harten weer nieuw leven in te blazen."