Mario Boon over Onze Oorlog

2 maart 2022 De Makers

Op 2 maart 2022 verscheen bij Standaard Uitgeverij Onze Oorlog, een historisch one-shot van Mario Boon dat waargebeurde feiten en decors uit de Tweede Wereldoorlog samenbrengt. We nodigden Mario uit om zijn album voor te stellen en dieper in te gaan op enkele pagina's uit het album. Aansluitend vind je een fotoreportage van de voorstelling van het album in het fort van Breendonk die op 25 februari plaatsvond. In het weekend van 26 en 27 februari liep er een mini-expo met signeersessie.

Pagina 3-4: Wilderen

Wilderen is een klein dorpje net buiten de stad waar mijn ouders niet zo lang geleden zijn gaan wonen. Het is vooral gekend van zijn kerkje met twaalfde-eeuwse Romaanse toren en de jeneverstokerij die er schuin tegenover ligt.

Toen ik het verhaal schreef waar Piet zijn spionagenotities aan meneer pastoor doorgaf, die ze op zijn beurt doorspeelde naar Londen, moest ik op zoek naar een geschikte parochie. In en rond Sint-Truiden liggen er tientallen kerken en ik reed dan ook met de auto en via Google Streetview de route af die Piet zou afleggen van Brustem over de Luikersteenweg, via Stayen tot Wilderen. De Duitsers hadden in de velden rondom het militaire vliegveld een aantal spookvliegvelden aangelegd om vijandelijke bommenwerpers te misleiden. Het was dan ook normaal dat er Feldwebels de toegang daartoe bewaakten.

Het interieur van de kerk vinden was een probleem. Het was de bedoeling om, wanneer ik bij mijn ouders op bezoek zou gaan, ik dan effe zou binnenwippen om wat foto’s van het interieur te maken, maar een zekere coronapandemie stak daar een stokje voor en dus werd het online zoeken naar foto’s.

Meneer pastoor is trouwens gebaseerd op mijn betreurde vriend en medewerker Pieter van Oudheusden. Hij zou er heel hard om gelachen hebben dat ie een heldhaftige pastoor zou zijn.

Pagina 20: De Beekstraat

Deze pagina is een trip terug in de tijd. Ik ben opgegroeid in Sint-Truiden en mijn eerste tien jaar met name in de Beekstraat letterlijk in het hart van de stad. Een idyllische tijd van op straat ravotten, af en toe aan de kant als er een auto passeerde en dan weer verder voetballen.

Het huis waarin we woonden, is al lang afgebroken, maar zou bekend hebben gestaan als “het huis van het verzet” en ik herinner me dat er onder het bed van mijn ouders een verborgen luik lag waar je dan in een heel klein kamertje terechtkwam. Natuurlijk fantaseer je later dat daar zoveel jaar geleden verzetsmensen in verborgen werden.

De steeg waar Karel en zijn broer doorlopen is de Korensteeg, langs waar we direct op de Grote Markt uitkwamen, handig voor als we naar de kermis gingen.

Pagina 21: Duitse broeders, Dietse broeders...

De Dietsche Militie/Zwarte Brigade was de facto de knokploeg van het VNV, een Vlaams-nationalistische groepering die heel sterk separatistich van inslag was en ijverde naar de oprichting van een utopisch Dietschland waar Vlaanderen, Nederland en een deel van Duitsland in ondergebracht zouden worden. Om dat doel te bereiken, werd de totale collaboratie met de Duitsers aangegaan. Het was dan ook eerst binnen de rangen van de DM/ZB en de Vlaams-nationalistische jeugdbewegingen dat men rekruteerde om toe te treden tot de rangen van het Freiwilliger Legion Flandern,een eigen afdeling van de Waffen SS. Onder de slogan “Rome of Moskou” praatten deze Vlamingen hun militaire collaboratieacties goed, terwijl er vaak ook veel minder verheven redenen waren om voor het Oostfront te kiezen. De Blauwvoet was een van hun strijdliederen.

Het was voor deze militie dat een jonge Willy Vandersteen een aantal cartoons maakte. Dat feit legde bij mij destijds de kiem voor Onze Oorlog: hoe zou ik, als jonge tekenaar met een gezin, in zijn plaats gehandeld hebben? Zou mijn ethiek het gehaald hebben van de pragmatiek? Ik ben er nog altijd niet 100% over uit.

Pagina 27-28: Waargebeurd

Deze sequentie is gebaseerd op een waargebeurd verhaal. Louis, de kameraad van Piet, heeft zijn naam gekregen van de echte verzetsman Louis Mombers. Bij diens ouders lag er destijds een Luftwaffe-officier en ingenieur gekazerneerd die verantwoordelijk was voor de inrichting van het militaire vliegveld. Samen met Gaston Mombaers heeft Louis toen de plannen bij een stiekeme raid”overgetekend en doorgespeeld aan Londen. Via Patrick, de zoon van Gaston, heb ik voor het eerst een foto van de echte Louis te pakken gekregen en het deed me rillen hoe erg hij op “mijn” Louis lijkt. Toeval bestaat niet.

Spitant detail: Toen ik op locatiescouting was om een geschikt huis te vinden dat zou kunnen dienen voor deze sequentie, kwam ik in Zepperen terecht. Het was niet zo simpel, want er is heel veel veranderd in en rond Sint-Truiden. Veel verkavelingen en nieuwe huizen. Later was ik weer aan het speuren op Google Streetview en kwam ik daar weerin de buurt van dit huis. Nu bleek dat het huis daarnaast (het huis dat wordt verborgen door de auto op prentje 8) behoorde tot een beruchte figuur: een dokter die een echte nazisympatisant was en dat uitte door zijn huis te decoreren met hakenkruisen en een gigantische Duitse helm op een paal te zetten. Weeral: toeval bestaat écht niet.

Pagina 42-43: Fort van Breendonk

De gruwelverhalen over het fort van Breendonk kwamen pas na de oorlog druppelsgewijs naar buiten. Tot dan waren de gevangenen, die het geluk hadden om eerder vrijgelaten te worden, op weinig subtiele wijze diets gemaakt om aan niemand iets te vertellen over wat er in het fort plaatsvond. De zinloze folteringen en moorden die er plaatsvonden, waren van zulke aard dat vele buitenstaanders deze verhalen niet konden geloven. Het was té erg om geloofwaardig te zijn, bijna. Daardoor waren de ex-gevangenen nog minder geneigd om hun verhaal te vertellen.

Voor Onze Oorlog had ik besloten om zo weinig mogelijk te verzinnen. De realiteit is vaak wreder dan eender welke fictie.  Wat hier getekend is, zou perfect kunnen gebeurd zijn. Zeker als je een Jood was in Breendonk was je leven afhankelijk van het humeur van de bewakers.

Pagina 51-52: De beulen van Breendonk

Na de Bevrijding werd er in heel het land een klopjacht gehouden op collaborateurs en hun gezinnen die halsoverkop probeerden te vluchten naar Duitsland. De terechte volkswoede kende evenwel ook zijn excessen en daar was het fort ook weer een “bevoorrechte getuige” van. Al snel werd de Belgische justitie weer baas en in 1946 voerde het een massaal proces in het stadhuis van Mechelen waar de “beulen van Breendonk”, zoals men ze toen is beginnen te noemen, terechtstonden.

Overigens, de straat waar Karel en zijn vrouw worden ingerekend door de leden van de Witte Brigade, is tegenwoordig de Breendonkstraat. In mijn jeugd had ik totaal geen idee waarom we in Sint-Truiden een Breendonkstraat hadden. Tot ik over de SS-razzia van 1943 en het fort van Breendonk leerde...

Onze Oorlog telt 64 pagina's, kost 15,95 euro en is verschenen als hardcover bij Standaard Uitgeverij.

Surf ook naar www.fortbreendonk.be

© foto's: Raymond Lagae