Blake en Mortimer door Patrick A. Dumas en interviewtje met Edgar P. Jacobs

4 mei 2024 Flashback

Patrick A. Dumas is de tekenaar van Allan Mac Bride, een avonturenreeks in de lijn én tekenstijl van Blake en Mortimer. Na één album bij Bee Dee nam Silvester het stokje over om de hele reeks van nu zeven albums uit te geven. Zo'n tien jaar geleden tekende Dumas een hommagepagina van Blake en Mortimer in de stijl van Edgar P. Jacobs. Hij amuseerde zich zelfs om er een fake titelbanner voor te ontwerpen zoals ze in de jaren 1940 of 1950 in het weekblad Kuifje boven de avonturen van Blake en Mortimer stonden.

De hele pagina is tevens een knipoog naar de sf-roman The War of the Worlds (1898, vertaald als Oorlog der Werelden) van H.G. Wells (1866-1946). Vanaf het eerste nummer van het weekblad illustreerde Jacobs dit verhaal voor een publicatie in Kuifje onder de titel Planeten Voeren Oorlog. Het liep van 26 september 1946 tot 17 april 1947 met twee pagina's per week. Hij tekende er tientallen met potlood en gewassen inkt uitgevoerde illustraties voor. In 1971 gaf het Franse stripinfomagazine Les Cahiers des Bandes Dessinée deze geïllustreerde roman uit als een bijlage. Hergé schreef er een voorwoord voor. In 1986 maakte Dargaud er het ook weer enkel in het Frans verschenen hardcoveralbum La Guerre des Mondes van. Achterin staat een interview met Jacobs door Claude Lefrancq. Dat kan je onder de afbeelding in het Nederlands lezen.

Interview met Edgar P. Jacobs

Uw biografen benadrukken de Britse invloeden in uw werk. Wat las u als tiener? 

Jacobs: "Zolang ik me kan herinneren, voel ik me aangetrokken tot Angelsaksische literatuur. Mijn biografen — en het is een voorrecht om op leeftijd biografen te hebben — hebben deze invloed terecht onderstreept. Mijn referentieauteurs waren de grote Rudyard Kipling (nu ten onrechte vergeten), Arthur Conan Doyle, Jerome K. Jerome, Robert Louis Stevenson en H.G. Wells. Wat deze schrijvers gemeen hadden, was hun talent om het onverwachte, het vreemde of het verontrustende te halen uit een vertrouwde of banale plek die iedereen heeft gezien of heel goed kent. Ik benadruk daarmee dat The War of the Worlds heel weinig te maken heeft met de huidige sciencefiction, die ons meestal in de toekomst of op een andere planeet projecteert, met volledig fantasierijke omstandigheden en kostuums. Toen Wells zijn The War of the Worlds schreef, had de wetenschap al fantastische vooruitgang geboekt op het gebied van telecommunicatie, elektriciteit en zelfs (al) radioactiviteit. Met andere woorden, zijn verbeelding was er volledig mee doordrenkt. Net zoals Jules Vernes beroemde wetenschappelijke anticipaties op de Industriële Revolutie vóór hem waren geweest."

 

Waarom dan uw afwijzing voor space opera? 

Jacobs: "In het sciencefictiongenre denk ik dat we een duidelijk onderscheid moeten maken tussen het 'onverklaarbare heden', dat ik heb gekozen, en de 'space western', die pure verbeelding is. Wist u bijvoorbeeld dat Jules Verne in Van de Aarde naar de Maan de lanceerbasis voor zijn ruimteschip op slechts een paar mijl van Cape Canaveral plaatst? 104 jaar later zou de Apollo-raket daar opstijgen en landen op de maan in 1969. Dat noem ik nog eens anticiperen of pre-science. Dus net als die illustere voorgangers, maak ik er in al mijn scenario's een punt van om halverwege het hypothetische en het mogelijke te blijven."

 

Hoe kwam u erbij om The War of the Worlds te illustreren? 

Jacobs: "Om uw vraag te beantwoorden, moet ik teruggaan naar de heroïsche dagen van de eerste uitgaven van Kuifje in september 1946 (toen Bravo me vroeg om een vervolg op De "U"-straal te maken). Een zekere Raymond Leblanc had het idee en het lef om een nieuw weekblad voor jongeren te maken. Daarvoor benaderde hij de beroemde vader van Kuifje, met wie ik al sinds eind 1943 samenwerkte. Hergé accepteerde het idee en het team was snel samengesteld. Naast Hergé, Jacques Laudy, de piepjonge Paul Cuvelier en ikzelf, met Jacques Van Melkebeke als hoofdredacteur en Gérard Liger-Belair als grafisch vormgever. In de euforie en roekeloosheid van de naoorlogse periode creëerden vier tekenaars en ik het Kuifje van de 'hoogtijdagen', het Kuifje dat alle lezers nu missen. Op het allerlaatste moment realiseerden we ons dat we een 'realistisch' hedendaags verhaal misten, omdat iedereen een historisch onderwerp had gekozen. Omdat ik, behalve Hergé, de enige ben die zijn eigen scenario's schrijft, werd mij gevraagd om zo'n reeks te maken. Het resultaat was Het Geheim van de Zwaardvis, dat ik tekende naargelang de nummers elkaar opvolgden. Ik hielp Hergé nog steeds en tekende zwart-witillustraties voor andere verhalen. Ondertussen kocht uitgeverij Lombard de reproductierechten voor The War of the Worlds, dat geïllustreerd moest worden. Opnieuw kreeg ik het privilege, maar dit dwong me al snel om de samenwerking met Hergé op te geven."

 

Eigenlijk was u veertig jaar geleden een voorloper van een literair genre waarin een denkbeeldig hedendaags verhaal wordt opgebouwd uit werkelijke gebeurtenissen. In zekere zin was u een voorloper van Ken Folett, Robert Ludlum, Vladimir Volkoff en andere Forsyths? 

Jacobs: "Wel, als u het zegt..."