De Erfenis van Jacobs

Scenarist(en)
Éric Verhoest
Jean-Luc Cambier
Uitgeverij
Standaard Uitgeverij
Verschijningsdatum

De B&M-gids

Een nieuw album van Blake en Mortimer is commercieel gezien een jaarlijks hoogtepunt en stripwinkels en de vele fans kijken er altijd naar uit. Dat grote succes zorgt er ook voor dat er extra publicaties verschijnen die gewijd zijn aan de reeks of de auteurs. Recent verscheen bij uitgeverij Daedalus nog De Doemdromer een inmiddels uitverkochte stripbiografie over Edgar Pierre Jacobs, de bedenker van het illustere duo. In het verleden was er ook een uitgave die 329 tekeningen van Jacobs bevatte en een andere uitgave bundelde 317 tekeningen van André Juillard. De boekenplank over uitgaven die gaan over Blake en Mortimer is nogmaals uitgebreid met een lijvig boekwerk van ruim 270 pagina's. De Erfenis van Jacobs beschrijft niet het werk van de schepper zelf, maar dat van diens vele opvolgers. Speciaal voor deze uitgave, die oorspronkelijk in het Frans verscheen in 2018, zijn alle makers opnieuw geïnterviewd en vertellen zij over hun ervaringen met het maken van een nieuwe avontuur. Behalve veel tekst bevat deze uitgave ook veel tekeningen en schetsen die nog nooit eerder zijn gepubliceerd.

Het eerste duo dat in de voetsporen van Jacobs trad, bestond uit Ted Benoit en Jean Van Hamme. Zij waren verantwoordelijk voor De Zaak Francis Blake, het eerste album sinds vele jaren en ook nog het eerste album dat verscheen na het overlijden van Jacobs waar hij niet aan had gewerkt. Aan deel 2 van De 3 Formules van Professor Sato was hij wel al aan begonnen. Het werd na diens overlijden door Bob De Moor afgerond. Van Hamme en Benoit vertellen uitgebreid over hun werkwijze en onderlinge samenwerking die de basis vormde voor de twee albums De Zaak Francis Blake en Bericht uit het Verleden die ze hebben gemaakt. Ted Benoit neigde naar het perfectionisme en werkte veel met een lineaal om de verhouding tussen hoofd en lichaam zo goed mogelijk weer te geven. Jean Van Hamme legt uit wat zijn werkwijze is en wat hij van een tekenaar verwacht. Zijn commerciële visie over de doorstart van de reeks doet hij ook uit de doeken. Treffend is de constatering dat Van Hamme een kostuum aantrekt en een rol speelt en Benoit in de huid van Jacobs kroop.

Met name Ted Benoit had grote schoenen te vullen en voelde deze druk ook. De in 2016 overleden tekenaar had meer tijd nodig dan verwacht en hierdoor liep de planning van uitgeverij Blake en Mortimer vertraging op. Dat was ook een directe reden om een tweede duo te laten starten: André Juillard en Yves Sente. Deze laatste is nog altijd aan boord als schrijver en Juillard heeft al meerdere albums getekend. En nadat uitgeverij Dargaud, bij wie uitgeverij Blake en Mortimer is ondergebracht, de rechten van vijfentwintig Asterix-albums verloor, was een reeks met hoge verkoopcijfers hard nodig. Xlll alleen was niet voldoende. ook daarom werd er een tweede team ingeschakeld om de frequentie van nieuwe albums te verhogen en de kwaliteit hoog te houden. Inmiddels werken er meerdere teams aan een album om zo te zorgen voor een jaarlijkse publicatie. Het duo Juillard en Sente begon voortvarend, maar niet tot vreugde van Ted Benoit. Deze stopte na twee albums en Juillard wou ook niet de rest van zijn leven wijden aan dezelfde personages op papier zetten. De zoektocht naar nieuwe scenaristen en tekenaars ging verder, want de zolang de kwaliteit hoog is, blijft de koe melk geven. René Sterne kwam aan boord als nieuwe tekenaar, maar hij overleed onverwachts in 2006 en zijn partner Chantal De Spiegeleer rondde het eerste deel van De Vloek van de 30 Zilverlingen af. Het kostte haar veel moeite en ze deelt haar gevoelens en gedachten met de lezer in een openhartig gesprek. Yves Sente doet uit de doeken dat hij altijd op zoek is naar aanknopingspunten die hij kan gebruiken voor een nieuw verhaal en als hij terloops lacunes kan dichten waar Jacobs niet aan dacht, neemt hij deze vrijheid.

Jean Dufaux was de volgende bekende naam die aan de slag ging met een eigen verhaal. Hij ging de grenzen van het Jacobs-universum opzoeken met een direct vervolg op Het Gele Teken. De Septimus-golf was de eerste van zijn twee albums en zijn plannen met Olrik konden op weinig enthousiasme rekenen bij de uitgeverij. De relatie tussen Dufaux en tekenaar Antoine Aubin raakte dermate verstoord dat hun samenwerking tot één album beperkt bleef. Terwijl Yves Sente inmiddels weer een verhaal had afgerond, was de zoektocht naar nieuwe tekenaars nog niet afgerond. Aubin is wellicht de beste Jacobs-kloon van alle opvolgers, maar zijn tempo is dermate laag dat hier geen stabiel uitgavebeleid op kan worden gebouwd. Het Nederlandse duo Peter van Dongen en Teun Berserik bracht uitkomst. Étienne Schréder wordt regelmatig gevraagd als assistent wanneer de deadline in gevaar dreigt te komen en samen met Christian Cailleaux heeft hij ook al een eigen album gemaakt, De Schreeuw van de Moloch.

De prijs van bijna 40 euro lijkt veel, maar je krijgt er vele uren aan leesplezier voor terug. De nodige achtergrondinformatie geeft een verhelderend beeld op de keuzes die moeten worden gemaakt. De auteurs geven een inkijk in hun manier van werken en de motieven van de uitgeverij komen ook aan bod. Deze investering is het zeker waard. In ruil krijg je een zeer verzorgde uitgave die een fraaie plaats verdient in je Blake en Mortimer-bibliotheek.

DAI HEINEN

Reeks
De Erfenis van Jacobs
Pagina's
280
Uitvoering
Hardcover
Genre(s)
informatie / naslagwerk
Prijs
€ 39,99