55 of 1606
Jose Luis Munuera bewerkt twee romans
Tussen de vele toekomstprojecten van Jose Luis Munuera zit géén nieuw album van De Blauwbloezen, liet de Spaanse stripmaker een tijdje geleden weten in een interview. Hij was al de tekenaar van deel 65 en liet uitschijnen dat er meerdere konden volgen. Voorlopig laat hij die taak over aan Willy Lambil. "Dat is zijn leven. Hij leeft en ademt ervoor", maakte Munuera duidelijk. Maar dat was vóór Lambils recente ontboezemingen waarin hij overwoog te stoppen met het tekenen van De Blauwbloezen.
Hoe dan ook wijdt Munuera zich dezer dagen opnieuw aan een romanbewerking. Na verstrippingen van Charles Dickens (A Christmas Carol - Een Kerstvertelling), Herman Melville (De Klerk Bartleby) en James Matthew Barrie (Peter Pan van Kensington) kiest hij ditmaal voor een hedendaagse schrijver, de Fransman Cédric Sapin-Defour.
Gymleraar en alpinist Cédric Sapin-Defour schreef eerder over alpinisme en de band tussen mens en natuur, maar hij scoorde pas in 2023 in Frankrijk fenomenaal met het autobiografische Zijn Geur na de Regen. Munuera omschrijft het als volgt: "Het houdt het midden tussen een roman en een beschouwend essay, waarin hij vertelt over zijn relatie met zijn hond en zijn emoties. Net als in Peter Pan van Kensington zit er niet echt een structuur in. Het is interessant om een narratieve vorm te vinden om dat allemaal over te brengen."
De oorspronkelijke oplage van de roman bedroeg een klein vijfduizend exemplaren. De huidige verkoop is dat al vele malen overstegen met meer dan driehonderdduizend exemplaren. Hij won er ook een Franse prijs voor beste auteur van het jaar mee.
De vertaling van het boek verscheen bij Ambo | Anthos Uitgevers. Die vat het als volgt samen: "Het begint met een kleine advertentie in een reclamekrantje waarin een thuis gezocht wordt voor twaalf Berner sennenpuppy’s. Niet veel later heeft Cédric een nieuwe metgezel: Ubac. Met warmte en humor schildert Cédric hun ongrijpbare vorm van liefde zonder woorden, hun gezamenlijke avontuur, dat veel te snel voorbij gaat. Na dertien jaar is Ubac een bejaarde hond en sterft hij. Het einde dat Cédric vanaf de eerste dag al vreesde. Het gemis is hevig. Cédric lijkt nog steeds het getik van Ubacs nagels op de vloer te horen en hij mist zelfs zijn geur na de regen, die voorgoed is verdwenen."
Verstripping van H. G. Wells
Voor nóg een verstripping grijpt Munuera terug naar het verleden met het werk van opnieuw een overleden schrijver. Tussen zijn toekomstplannen zit namelijk ook een bewerking van The Man Who Could Work Miracles, een minder bekend kortverhaal van de Britse schrijver H. G. Wells (1866-1946), beroemd van onder meer The War of the Worlds, The Invisible Man, The Time Machine en The Island of Dr. Moreau.
Het kortverhaal dateert van 1898 en is een vroeg voorbeeld van hedendaagse fantasy, over de doorsnee man George McWhirter Fotheringay, een winkelassistent in een stadje, die ontdekt dat hij mirakels kan verrichten, enkel door te denken wat er moet gebeuren. Hij trekt er de aandacht van de media en de regering mee. Het verhaal verkent de gevolgen van zulke immense krachten en de morele dilemma's die daarmee gepaard gaan. Fotheringay worstelt om zijn krachten ten goede te gebruiken en wordt uiteindelijk gedwongen om de beperkingen van zijn vermogens onder ogen te zien.
Munuera looft de Britse humor in het verhaal en beschouwt het als een juweeltje. "Een beetje zoals Terry Pratchett", promootte hij het.
Het oorspronkelijke verhaal kreeg in 1936 een filmversie met Roland Young in de hoofdrol. Wells nam zelf deel aan het scenario met Lajos Bíró. Het basisidee kwam ook van pas voor de film Absolutely Anything van Terry Jones uit 2015.
55 of 1606