Rubén Pellejero en Juan Díaz Canales

“Nu hebben we Corto echt in de vingers, waardoor we al iets complexer uit de hoek kunnen komen."

7 december 2022 (Drie)dubbelinterviews
tekst en © foto's: Wouter Porteman

 

Berlijnse Nocturne is al het vierde Corto Maltese-album van het Spaanse duo Rubén Pellejero en Juan Díaz Canales. Het nieuwe is er dus al een beetje af. Maar het duo blijft verrassen. Steeds meer schudden ze het juk van de grote Hugo Pratt van zich af. Zonder zijn grote held en grafiek af te vallen, geven ze de Maltese zeeman een subtiele make-over. De nieuwe verhalen zijn snediger, gevarieerder en grappiger dan ooit. Eigenlijk — ja, het is tijd om ons te stenigen — lezen wij liever de nieuwe Corto’s dan deze van Hugo Pratt. In het nieuwe album gaat de Spaanse tandem een stuk verder dan we gewoon zijn. Pellejero herontdekt zijn voorliefde voor kleur en Canales tilt de verhaallijnen naar een ander niveau. Het typische avonturenverhaal doorspekt de Blacksad-scenarist nu met politiek, esotherieen een geweldige scheut ironie. Hoog tijd om een gesprek te hebben met de heren.

 

Zeven jaar geleden sprak ik jullie op het persmoment van de allereerste Corto Maltese in het Kuifje-museum in Louvain-La-Neuve (herlees hier het interview). Het alomtegenwoordige mantra was toen “Le Nouveau Corto est arrivé”. Persoonlijk vind ik dat hij er nu pas echt is.

Pellejero: “En waarom denk je dat?"

 

Pas nu heb ik het gevoel dat je de personages volledig in de hand hebt en dat ze grafisch steeds meer loskomen van Pratt. Ook het karakter van Corto Maltese heeft meer diepgang en kleur gekregen. Het is echt jullie strip geworden.

Canales: “Dank je. Wat is er dan zo veranderd aan zijn karakter?"

 

In de eerste delen cultiveerde je heel strak de ondoorgrondelijkheid van Corto Maltese. Nu lees je al eens een ironiserende dialoog als "Je vriend is nogal stil, hé".

Canales: “Hmm. Dat klopt. De jonge Corto was een echte praatvaar. Hoe ouder hij wordt, hoe minder hij daar de behoefte aan heeft. Ik vind het leuk om daarmee te spelen. Heb je nog voorbeelden?"

 

In het jongste deel was het grote enigma Corto zelfs even dronken. Kan dit wel?

Canales: “Oh, jawel. Het is een logische evolutie. Berlijnse Nocturne is al onze vierde Corto. We hebben hem nu volledig in onze vingers waardoor we het personage ook helemaal tot leven brengen. Corto is inderdaad een enigma, boordevol lagen. Het is niet omdat ikzelf een zware fan ben van de Corto van Hugo Pratt dat ik zijn karakter en denkwijze helemaal kende. De voorbije jaren hebben we hemzelf beter doorgrond en ook zelf wat meer ingevuld. Het helpt dat Corto Maltese een chronologische reeks is. Het huidige avontuur vindt plaats in het Berlijnse politiek wespennest van 1924. Corto is dan geen onstuimige tiener meer, maar eerder een jonge veertiger boordevol levenservaring (Corto Maltese is geboren in de Maltese hoofdstad Valetta op 10 juli 1887, nvdr)."

Sinds november 2015 zijn vier Corto Maltese-albums verschenen van het duo Rubén Pellejero en Juan Díaz Canales. Onder de Middernachtzon kwam in 2015 uit als deel 13 in de reeks. Equatoria (deel 14) volgde in 2017 en De Dag van Tarowean (deel 15) in 2019.

 

Waarom koos je precies voor Berlijn?

Canales: “In die tijd was Berlijn terzelfdertijd bruisend en woelig. Ik vind dat een intrigerende combinatie. Midden jaren 1920 werd het Duitse verlies in de Eerste Wereldoorlog feestend verdreven in het Berlijnse nachtleven. Maar terzelfdertijd was er de opkomst van extreemrechts. Het fascisme en de strijd ertegen is de rode draad in het werk van Pratt. Zijn vader was een overtuigd zwarthemd in dienst van Mussolini. In 1937 verhuisde de familie Pratt zelfs naar het door Italie veroverde Ethiopië. Hugo’s vader stierf uiteindelijk in een Brits krijgsgevangenkamp. Het was er familiaal allemaal complex en delicaat. Zo waren de grootouders van Hugo Pratt aan de ene kant Brits en aan de andere kant Turks en Joods."

 

En dan voeren jullie nog de Joodse professor Jeremiah Steiner op. Het laatste wat we van die esoterist vernamen, was dat hij op een Zwitsers alchemistencongres was samen met Hermann Hesse. Was dat het bruggetje dat jullie nodig hadden?

Canales: “Nee. We doen niets met Hesse. Na De Helvetiërs hebben beide heren elkaar effectief ontmoet op dat congres. We respecteren gewoon de chronologie in de albums, maar ook Pratt heeft die verhaallijn nooit uitgewerkt. Steiner dook weer op in Mu. Ons verhaal situeert zich één jaar vóór dat album. We vinden het belangrijk om een flinke portie realiteit in ons verhaal te stoppen. Zo heeft het geheime genootschap Consul echt bestaan. Dat waren vooral aristocraten die het Duitse verlies in de Eerste Wereldoorlog en de val van het keizerrijk niet konden verkroppen. Ze waren even extreemrechts als de nazi’s, maar niet zo publiek aanwezig. Ook de journalist en romanschrijver Joseph Roth heeft echt bestaan. Zijn boeken waren voor dit verhaal een prima bron van inspiratie. Het antisemitisme en het onbehagen over de teloorgang van het ooit zo sterke keizerrijk kwam er heel erg naar boven. Roth is uiteindelijk gevlucht uit Berlijn en is arm gestorven in Parijs. De bekende schrijver Stefan Zweig was trouwens een goede vriend van hem."

De historische figuur Joseph Roth en oude bekende Jeremiah Steiner duiken op in Berlijnse Nocturne. Cabaretdanseres Lise speelt een grotere rol.

 

Een ander boeiend personage is de burleske danseres Lise. Is zij gebaseerd op een bestaand personage?

Canales: “Nee, we hadden gewoon een avantgardistischepersonage nodig dat al dat fascistisch gedoe aankon."

Pellejero: “Ze is ook grafisch geen bestaand personage. Ik heb veel foto’s uit die tijd opgezocht, maar op de kledij na heb ik er weinig mee gedaan. Ik zocht echt naar een sensueel personage dat niet vulgair of te sexy overkwam. Ik vond niet echt mijn gading in al mijn documentatie. Uiteindelijk heeft haar karakter haar looks bepaald. Net zoals elke vrouw in de avonturen van Corto Maltese is ze sterk en verleidelijk. Lise is eigenlijk een synthese van alle vrouwen die Pratt ooit heeft getekend."

 

Je laat Corto in Berlijnse Nocturne fijntjes zeggen dat hij voor de eerste keer in zijn leven geen onverklaarbare dingen meer wil meemaken. Is dat een steekje naar het zwaar esoterische album Mu dat chronologisch na Berlijnse Nocturne komt?

Canales: (lacht) “Corto geeft in Berlijn een vermoeide indruk. Hij is het allemaal wat beu en als er dan bizarre dingen in de overtreffende trap gebeuren, wil hij dat echt niet hebben. Hij is geëvolueerd van een rauwe bonk naar een man die zijn zwakheden kent. Al die avonturen en gebeurtenissen tekenen ook een mens. Dit maakt dat Corto ook zo’n geweldig personage is. Hij is echt."

 

Hebben jullie een psychologisch profiel van Corto uitgetekend?

Canales: “Nee, we kunnen ons nu moeiteloos inleven in de personages. De dialogen en andere interacties tussen de personages voelen nu heel natuurlijk aan."

Rubén Pellejero (links) en Juan Diaz Canales (rechts).

 

In elk album omschrijf je Corto als een ex-piraat. Ik had bij zijn verleden nog nooit stilgestaan. Ga je daar ooit iets mee doen?

Canales: (verrast) “Nee, daar heb ik nog niet over nagedacht. Gebruik ik dat echt zoveel?"

 

(knikt) Ook grafisch is het een nieuwe Corto. De spontaniteit spat van de tekeningen.

Pellejero: “Dank je wel. Ik heb hem in mijn vingers. Het was even zoeken naar de juiste decors en kledij. Maar eenmaal ik enkele keren die hoeden en jassen getekend had, was ik vertrokken en konden de personages van het papier loskomen."

 

Het voelt ook meer aan als een echte Pellejero. Heb je je bevrijd van de Hugo Pratt-stempel?

Pellejero: “Nee. Zo moet je het niet zien. Ik blijf de manier waarop Pratt Corto heeft geschapen en vorm gegeven, respecteren. Maar doordat Corto nu ouder is, pas ik me ook meer aan de stijl die Pratt gebruikte in zijn latere albums aan. In de decors heb ik me volledig gegooid op het Berlijn van de jaren 1920. Ik heb talloze foto’s, films en modecatalogussen bekeken. Het was toen cultureel zo’n boeiende tijd. Je had de uitlopers van het expressionisme, prachtige mode en heel straffe fotografie. Het was toen ook allemaal zo mooi. (zucht) Ik kon me helemaal uitleven in dit album. Ja, Juan weet hoe me te motiveren. (lacht) Ik ben wel benieuwd hoe de lezers zullen reageren. Het is voor een keer geen verhaal vol exotische avonturen. We blijven in Berlijn hangen. Maar net daardoor kon ik me helemaal uitleven en de vele facetten van de stad tot in haar diepste kern tot leven brengen. Het scenario bulkt ook van de actuele knipoogjes... Helaas lijkt de geschiedenis zich te herhalen. Maar net daardoor kon ik in mijn tekeningen een actuele toets stoppen. Om daarin dan Corto te laten dansen, is geweldig."

 

Heb je de latere Pratt-stijl gekozen omwille van de chronologie of omdat die beter aansluit bij het verhaal?

Pellejero: “Beide. (denkt na) En ook weer niet. Ik ga bijlange niet zo ver als Hugo Pratt in zijn latere albums. Ik blijf nog ergens een middenweg kiezen tussen Pratts stijl van De Ballade van de Zilte Zee en de laatste albums."

Corto Maltese als duivel. En de vier albums die Rubén Pellejero voor de collectie Vrije Vlucht van Dupuis heeft getekend op scenario van Denis Lapière: de one-shots Blauwe Rook (2000) en De Goelagwals (2004) en het tweeluik Een Vrijmoedige Zomer (2009-2010). 

 

Er is een geweldige scène waarin een acterende Corto een duivel speelt. Je hebt die pagina in je eigen Vrije Vlucht-stijl getekend (Blauwe Rook, De Goelagwals, Een Vrijmoedige Zomer). Ik vroeg me nu af of je eindelijk weer eens vrij was om je eigen stijl te tekenen, of omgekeerd dat je Vrije Vlucht-stijl voelt als acteren?

Pellejero: “Wat bedoel je juist?" (hierop houden Canales en Pellejero een intense Spaanse discussie waar ik helaas geen snars van begreep, nvdr) "Dat was een boeiende insteek. Ik heb mijn oude stijl heropgenomen in die scène om even stil te kunnen staan bij de kunst uit die tijd. Het moest aanvoelen als een moderne bioscoopfilm uit die tijd. Mijn eigen stijl gecombineerd met die typische Pratt-opbouw leek me hiervoor het meest geschikt. Het moest echt overkomen alsof het een film was, gezien vanuit een camerastandpunt. Er mocht geen enkele verwarring met de actualiteit van de rest van het album zijn."

Van alle vorige albums werden er prachtige, Franse luxeversies in zwart-wit uitgebracht. Nu heb ik absoluut geen zin om die te kopen. De inkleuring geeft dit album net een enorme meerwaarde.

Pellejero: “Dat was absoluut mijn bedoeling. Ik ben gek op extreem zwart-wit, maar evenzeer hou ik van een echte kleurenexplosie. Als je mijn bibliografie doorloopt, zie je ook die afwisseling. Ik zat de vorige verhalen wat op mijn honger. In Berlijnse Nocturne heb ik mij echt uitgeleefd. Zeg maar 'uitgekleurd'. De kleuren zijn voor mij een extra personage. Heel vaak zijn ze wat irreëel, maar dat past perfect bij de zotheid van Berlijn. (stilte) Irreëel. Ja, dat is het goede woord. De politiek was er irreëel, maar ook de creativiteit die er toen in de stad hing. De kleuren geven het album een moderne, frisse toets waar het Berlijn van toen om vroeg."

In 1987 publiceerde Dendros in de Titanic Reeks een eerste album van Dieter Lumpen met korte verhalen die al in het stripmaandblad Titanic waren verschenen. Tussen 1988 en 1991 verschenen drie albums bij Casterman met lange avonturen en eentje met korte verhalen, alle geschreven door Jorge Zentner. Le Prix de Charon kwam er in 1994 bij, enkel in het Frans. Twintig jaar later, in 2014, bundelde Mosquito alle verhalen van Dieter Lumpen in een Franstalige integrale.

 

Bij momenten leek het album me een terugkeer naar je oude reeks, Dieter Lumpen.

Pellejero: Dieter Lumpen heeft toch een iets meer gecontroleerde stijl dan Pratt. Maar het klopt wel dat er een serieuze link is met Le Prix de Charon, het laatste Dieter Lumpen-verhaal. Ook daar heb ik gespeeld met het licht in de stad. Ja, beide albums liggen niet zo ver uiteen. De Dieter Lumpen van dit album is grafisch ook niet meer dezelfde van het eerste album."

 

Er zit ook iets nerveus in de decors. Iets wilds.

Pellejero: “Corto is geen reeks die je rustig kan tekenen. De stijl van Hugo Pratt laat dit niet toe. De bioscooppagina in mijn eigen stijl heb ik heel rustig getekend, maar de rest van het verhaal was weer heftig. Ik heb echt stevig en snel doorgetekend, met krassende lijnen. De stijl vraagt daar werkelijk om. Als ik een Corto rustig teken, ziet hij er totaal niet uit. Ik hou echt van de Pratt van zijn debuutjaren met de vele krasselende lijnen. Ik ga hierin nog een stuk verder. Mijn Corto is dramatischer getekend dan die van Pratt. Zijn uitgepuurde stijl zoals in Mu en Venetiaanse Fabels is mijn ding niet. Geef me maar de oorlogsverhalen waar de pagina’s nog schetsmatig aanvoelen."

Een sterke interieurscène wordt meteen gevolgd door een al even overtuigende parapluscène.

 

Enkele keren heb je me omvergeblazen. De pagina’s met de paraplu’s zijn haast even iconisch als Pratts tangoscène. Het is pure cinema! Hoe is die pagina tot stand gekomen?

Canales: “We wilden absoluut een bepaalde sfeer overbrengen. Ik heb ook deze pagina gedecoupeerd in een aantal prenten en er wat beschrijvingen aan toegevoegd. Maar Rubén weet dat hij zijn ding mag doen. Híj is de tekenaar, ik niet. Ik heb er absoluut geen probleem mee als hij prenten toevoegt of weglaat of het perspectief verandert. Het is zijn expertise die doorslaggevend is."

Pellejero: “Het is een wisselwerking. Juan weet wat werkt in een strip. Maar die parapluscène heb ik wel meer naar mijn hand gezet. Ik heb het camerastandpunt verhoogd waardoor je nog enkel de bovenkant van de paraplu’s ziet. Dat gaf een mooi evenwicht voor de hele pagina. Op de volgende bladzijde vouwt Corto zijn paraplu dicht en staat hij in de gietende regen. Doordat de camera al wat hoger stond, komt hij nu perfect in beeld en wordt de dialoog ("Daar is onze held", nvdr) versterkt."

 

Jullie eerste Corto’s waren enorm toegankelijk. Deze is conform de tijdslijn iets zwaarder. Was het een opdracht van de uitgever om eerst braaf te starten?

Canales: “Nee. Onze eerste was ook voor ons wat zoeken. We hebben het toen heel simpel gehouden door te kiezen voor een lineair verteld avonturenverhaal dat gemakkelijk te lezen valt. Nu hebben we Corto echt in de vingers, waardoor we al iets complexer uit de hoek kunnen komen."

 

En grappiger ook. Sinds jullie Corto Maltese hebben overgenomen, zit er in elk album een fijne verwijzing naar Malta. Maar nooit laat je Corto naar zijn geboorteplaats terugkeren. Het wordt bijna een running joke.

Canales: “We doen ons best." (grijnst)

Een knipoogje van de held naar zijn scenarist.

 

Deze keer laten je Corto lopen over het Maltezerplein. Corto kijkt even naar het straatnaambordje en verwijt zijn scenarist vervolgens een gebrek aan originaliteit.

Canales: (lacht) “Dat is ons eerbetoon aan Hugo Pratt. Hij zou deze grappen wel gewaardeerd hebben. Dit is hetzelfde soort humor dat hij ook maakte."

 

Zal Corto ooit naar Malta terugkeren?

Canales: “Misschien zullen zijn pogingen ooit wel eens lukken. (lacht) Zeg nooit nooit."

 

Hugo Pratt zei altijd dat Corto definitief verdween tijdens de Spaanse burgeroorlog. Jullie zijn twee Spanjaarden. Eén plus één is twee. Opent dit mogelijkheden?

Canales: “We spelen inderdaad met dat idee, maar het blijft een heel delicaat onderwerp. Er is niet alleen die zware burgeroorlog van ons land, maar ook het feit dat dit album automatisch de allerlaatste Corto zou zijn. Moeten wij een iconische held dan laten sterven? Voor ons is het alleszins te vroeg om al afscheid te nemen van Corto. Laat ons het daarbij houden."

 

Het is al ruim over sluitingstijd van het Brusselse stripfestival waar dit interview werd afgenomen. De schoonmaker van de interviewruimte komt nu ostentatief naast ons tafeltje staan.

 

Oké, ik heb het begrepen. Laatste vraag dan maar. Onze hoofdredacteur vergelijkt Corto steevast met Marilyn Monroe. Iedereen kent haar en vindt haar mysterieus en sexy, maar niemand heeft haar films gezien.

Canales en Pellejero: (bulderlach) “De vergelijking klopt wel. Er is een harde kern die de albums van Pratt heeft verslonden, maar een nog groter deel mensen kent enkel het icoon Corto. Iedereen kent wel het beeld van de dromerige zeeman, zittend in het zand met de meeuwen die rond hem cirkelen. En gelukkig! Want net doordat hij zo onsterfelijk is, worden zijn albums nog steeds ontdekt door nieuwe lezers. Wij geven hen graag nog een bijkomende reden." (lacht)

 

Corto Maltese 16: Berlijnse Nocturne verscheen op 7 december 2022 bij Casterman. 72 pagina's, hardcover, 21,99 euro.

Het iconische beeld van Hugo Pratts Corto Maltese uit het album De Kelten (1986) is zelfs het openingsbeeld van de officiële website cortomaltese.com. Er zijn ook heel wat afgeleide producten van gemaakt, zoals posters, zeefdrukken, magneten en emailplakkaten.