1298 of 1728
De Laatste Grens 2
It's a western, Jim, but not as we know it
Space... the final frontier... Dat een sf-reeks als De Laatste Grens zich uitstekend leent voor typische westernthemas wisten we al uit deel 1. Een frontier-stadje met ruwe zeden, gelukszoekers en boeren in de onherbergzame omgeving, bedreigd door een grootgrondbezitter met uitbreidingsdrang en zonder scrupules. Het machteloze bestuur huurtlone rangers in om orde op zaken te stellen. Alleen d'indianen ontbreken nog. Of zijn dat de geheimzinnige, schijnbaar naar de eeuwige jachtvelden verdwenen locals? Zitten zij misschien achter de vreemde gebeurtenissen met gemuteerde en van metalen prothesen voorziene wezens? Episode 2 maakt ons nog niet veel wijzer, behalve dat ook mensen hier het slachtoffer van kunnen worden — zo is tenminste af te leiden uit de mutatie van een verdwenen exopaleontoloog. Is er op hem geëxperimenteerd? Met opzet of per ongeluk: dat de malafide veeboer Burton op goed geluk met een (gevonden?) apparaat prutst, wijst misschien op geplunderde indianenkerkhoven, bij wijze van spreken?
These are the voyages of the fellowship Icar and Léo. Their continuing mission: to explore strange new worlds, to seek out new life and new civilizations. Trekkies vergeven ons deze parafrasering wel, die perfect weergeeft wat de auteurs zowel in Verre Werelden als De Laatste Grens doen: ons onderdompelen in een exotische flora en fauna en in contact brengen met buitenaardse, veelal veel verder geëvolueerde species. Die contacten — rechtstreeks of onrechtstreeks — volgen later in deze vijfdelige reeks allicht. Icar en Léo doen dat exploreren met zoveel verve dat we telkens weer genieten van de vreemde beesten en decors waartussen onze helden zich begeven.
To boldly go where no one has gone before. De helden in kwestie — broer en zus Jones — laten ook in deel 2 zien dat een tenger vrouwtje en aan een futuristische rol-grot-van-Alladin-stoel gekluisterde en gehalveerde gehandicapte hun mannetje kunnen staan in deze kolonistenwereld, wat enigszins afwijkend is van wat we in westerns gewend zijn. Maar in deze tweede episode gaat Léo iets verder met zijn helden: zowel Jane als John zijn behalve uiterst efficiënte beveiligingsagenten voor wie safety first komt ook volwaardige mensen (allez, anderhalve mensen) van vlees en bloed. Hun pronte optreden, onder meer tegen een onverbeterlijke gunslinger, is aanleiding tot wat humor in het verhaal — behoorlijk ongebruikelijk bij Léo — maar ze geven vooral blijk van emoties. De stoere Jane laat de traantjes lopen wanneer de door Burton ingehuurde en de Joneses niet onbekende Sledge zijn echtgenote ter sprake brengt. Weer iets dat we in volgende albums moeten ontsluieren! En Jane laat zowaar de voortvarende collega van de verdwenen wetenschapper toe in haar bed. Zover zou kapitein Kirk het nóóit hebben laten komen! Alle minirokjes van luitenant Uhura nog aan toe! Maar uiteindelijk is de relationele en emotionele voyage die Léo's hoofdpersonages maken — ook in zijn andere reeksen — nog altijd het interessantste element van deze sf-verhalen, wat hen helemáál onderscheidt van westerns. Moge daarom Léo's verhalen live long and prosper.
KOEN DRIESSENS
1298 of 1728